‘Als God dan zo goed is, zoals jij zegt he?’
Regelmatig krijgen we dit te horen op straat wanneer we het evangelie brengen.
‘Waarom is er dan ziekte? Waarom is er oorlog? Waarom is er armoede?’
Dan begin ik maar even bij het begin.
‘Toen de wereld ontstond, waren daar Adam en Eva in het paradijs. Het was er zo enorm goed. Toen kwam de duivel. Hij kwam ze verleiden. Hij liet ze geloven dat het nog niet helemaal af was. Ze konden misschien nog worden als God. Hij schilderde God af als een leugenaar en zichzelf als de redder. Als je naar mij luistert, zal het goed komen.’
God had gezegd dat als ze van de boom van kennis, van goed en kwaad zouden eten, ze zouden sterven. Maar de duivel beweerde iets anders.
Toen zei de slang tegen de vrouw: ‘U zult zeker niet sterven.
Maar God weet dat, op de dag dat u daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden en dat u als God zult zijn, goed en kwaad kennend.’ Genesis 3:4-5
Nu zoveel jaren later doet hij dit nog steeds. ‘Denk je echt dat God goed is? Waarom veroorzaakt Hij dan ellende?’ is de vraag die ik regelmatig hoor.
Dan vertel ik wie daar echt achter zit. Dat dit niet God is, maar de leugenaar vanaf het begin. De duivel. Die gekomen is om te slachten en te verderven.
En dat hij niets liever wil, dan mensen te laten geloven dat het God is die, die ellende veroorzaakt.
De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan. Joh. 10:10a
We spraken een ouder echtpaar.
Waarom is er zoveel ellende? Waarom zorgt God voor oorlog?’
‘Ach meneer, denkt u dat dit God is?’ Vroeg ik de man.
‘Ik zal u vertellen wie dat doet.’
En ik begon te vertellen.
Dat God gekomen is om leven te geven en leven in overvloed.
Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben.
Johannes 10:10b
Maar dat we allemaal hebben gezondigd en hierdoor Gods nabijheid missen en dat het loon van zonden de dood is. En dat allen die Hem (Jezus) aanroepen, zullen worden gered.
‘Maar hoe moet ik dat dan doen?’ Vroeg de man, ‘Moet ik dat dan vanaf mijn balkon gaan roepen?’
En ik vertelde hem hoe we als hij met zijn hart geloofde, en het met zijn mond zou belijden, Jezus kon aannemen als zijn Heer.
Dat wilde hij wel.
Hij had het zijn hele leven zonder God gedaan, omdat hij een beeld had van God die ellende veroorzaakte.
Toen hij hoorde dat God zo liefdevol is, dat Hij Zijn zoon zond om de mensen te redden, veranderde alles.
Halleluja!