Een moslim bij de pomp

Er zijn weinig conferenties die ik bezoek buiten mijn kerk.

Maar naar deze conferentie wilde ik graag toe, en zodra ik de oproep zag, blokkeerde ik meteen mijn agenda. Het was de Soulwinnersconferentie – een bijeenkomst waar de noodzaak van het zielenwinnen centraal stond. Veel mensen vinden “zielenwinnen” een negatief woord. Zelf had ik daar ook mijn bedenkingen bij…

Totdat ik deze tekst las in Spreuken 11:30: “De vrucht van de rechtvaardige is een boom des levens, en wie zielen vangt, is wijs.” Het staat er dus gewoon.

Ik was die dag al vroeg op pad. De conferentie begon om 9 uur en de zaal zou om half 9 open gaan. Mensen die mij een beetje kennen, weten dat ik graag op tijd ben. Ik moet er zelfs voor waken dat ik niet als eerste binnenkom. Ik vind dat als mensen tijd voor je maken, je ervoor moet zorgen dat je op tijd bent.

Omdat ik hier zo van houd, vertrek ik vaak ruim op tijd. Op de parkeerplaats kan ik altijd nog wat appjes of mails beantwoorden. Onderweg genoot ik in de auto van een moment van worship en sprak ik met de Heer. Bij de laatste pomp besloot ik nog even wat te eten en drinken te kopen.

Zoals ik wel vaker zeg: het evangelie delen kan altijd en overal. Wanneer mensen zeggen dat ze daar geen tijd voor hebben, geloof ik dat niet. Elke dag kom je wel iemand tegen die Jezus nog niet kent. Terwijl ik met mijn vers gescoorde, heerlijk geurende bak koffie terugliep naar de auto, zag ik buiten een man in een hoekje staan.

“Meneer, heeft iemand u weleens verteld dat God van u houdt en een geweldig plan voor uw leven heeft?” begon ik het gesprek. Hij reageerde in het Engels dat hij mij niet verstond. Dus begon ik opnieuw: “Has anyone ever told you that God loves you?”

Hij knikte; hij had dat weleens gehoord, want hij was moslim. Ik vertelde hem wie Jezus was en bad een zegen over hem uit. Hij begon te lachen. Even later bad hij met mij mee:

“Lieve Heere Jezus, kom in mijn hart, vergeef mijn zonden, was en reinig mij en maak mij vrij…” Hij straalde erna en bedankte me hartelijk voor de moeite die ik had genomen om dit met hem te delen.

Blij stapte ik mijn auto weer in. Laat de conferentie nu maar beginnen!

“Predik het Woord. Volhard daarin, gelegen of ongelegen. Weerleg, bestraf, vermaan, en dat met alle geduld en onderricht.” — 2 Timoteüs 4:2

Het is tijd, het is tijd!

We waren een periode aan het bidden en vasten.

Op een moment dat ik in gebed was, sprak de Heer dat ik naar een persoon die ik kende moest gaan om het evangelie te delen.

Ik zag het niet zitten, want ik had de persoon het evangelie al vaker verteld, maar het werd altijd afgewezen met een grapje. Dus om dan nu weer te gaan?

Het bleef aanhouden in mijn hart: ga erheen, het is tijd, het is tijd.

Ik rende naar beneden en vroeg mijn man of hij voor mij wilde bidden voordat ik daarheen zou gaan.

Hij bad en ik vertrok.

Toen ik binnenkwam, waren de mensen blij.

We kletsten over van alles en nog wat, en toen begon ik:

“Ik kom hier met een belangrijke boodschap vandaag. Ik ben hier met een missie. Een missie om jullie het allerbeste nieuws te vertellen: het nieuws dat God van je houdt en een geweldig plan voor jullie leven heeft. Weten jullie dat?”

“Weet je,” ging ik verder, “ik heb dit al verschillende keren tegen jullie verteld, en vaak werd er dan een grapje gemaakt. Maar er komt een moment dat je straks voor God komt te staan. Dan zal er gevraagd worden of je het offer van Jezus hebt aangenomen.

En stel dat God dan zou vragen: Was er niemand die het jullie heeft kunnen vertellen?

Dat jullie dan zouden zeggen: Jawel, we kenden Annelies. Ze was een christen, maar ze heeft het ons nooit verteld.”

“Als Ik tegen de goddeloze zeg: Goddeloze, u zult zeker sterven, en u hebt niet gesproken om de goddeloze te waarschuwen voor zijn weg, dan zal die goddeloze in zijn ongerechtigheid sterven, maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen.

Maar wat u aangaat, als u de goddeloze voor zijn weg gewaarschuwd hebt om hem daarvan te bekeren, en hij zich niet van zijn weg bekeert, dan zal híj in zijn ongerechtigheid sterven, maar ú hebt uw leven gered.” (Ezechiël 33:7-8)

We praatten lang. En uiteindelijk accepteerden ze beiden het offer van Jezus. Ze nodigden Jezus uit in hun hart en beleden hun zonden.

Vijf weken later kreeg een van de twee een hartaanval, en zes weken later was de persoon er niet meer.

De Heer had gesproken:

Ga erheen, het is tijd, het is tijd.

Nog regelmatig denk ik eraan terug.

Stel dat ik niet geluisterd had? Stel dat ik het had uitgesteld?

We zijn geroepen om het goede nieuws te vertellen. Om mensen op te roepen zich om te keren van hun weg en zich te keren naar God.

“Predik het Woord. Volhard daarin, gelegen of ongelegen. Weerleg, bestraf, vermaan, en dat met alle geduld en onderricht. Want er zal een tijd komen dat zij de gezonde leer niet zullen verdragen, maar dat zij zullen zoeken wat het gehoor streelt, en voor zichzelf leraars zullen verzamelen overeenkomstig hun eigen begeerten. Ze zullen hun gehoor van de waarheid afkeren en zich keren tot verzinsels. Maar u, wees nuchter in alles. Lijd verdrukkingen. Doe het werk van een evangelist. Vervul uw dienstwerk ten volle.” (2 Timotheüs 4)

Doe het werk van een evangelist. Ga gewoon, kostte wat het kost.

Het kan dood of leven zijn voor een persoon.

Bespreking

Piet en ik hadden een bespreking over de zaak.
Hoe gaan we verder? Hoe willen we onze tijd benutten?

Wat wil God van ons?

Veel van dit soort dingen bespreken we door de dag heen, maar soms moet je daar even tijd voor maken.

Een paar maanden geleden deden we dat en vertrokken we naar een stadje.
We vonden een leuk restaurantje met glas-in-loodramen en markiezen.
We dronken een hoop kopjes koffie en thee en besloten de lunch er ook maar achteraan te doen.

Toen het moment van afrekenen kwam, was er niemand meer in het restaurant.
Ik wist:
Dit is een kans.
De lieve serveerster heette Cloe en wist waarom we nog alleen waren in het restaurant. Blij nam ze Jezus aan.

Toen we buiten kwamen, stonden er drie jongens voor de parkeergarage.
Ze begonnen lacherig te antwoorden.
Lachen is ook een emotie.

Na een tijdje werd het gesprek serieuzer, en twee van de drie namen ook Jezus aan.
God is goed.

De Bijbel zegt: Predik gelegen of ongelegen.
Wij vinden het meestal ongelegen.

Hoe mooi is het dan dat dit er staat:
Is het gelegen? Doe het.
Ongelegen? Ook.

2 Timotheüs 4:2 (HSV):
Predik het Woord. Volhard daarin, gelegen of ongelegen. Weerleg, bestraf, vermaan, en dat met alle geduld en onderricht.

Predik jij het Woord al?

Vijf minuten geleden…

Samen met onze jongste zoon had ik een nachtje geslapen in een hotel.

Samen liepen we een rondje in de vroege ochtend, voordat we naar de kerk gingen om ons aan te sluiten bij de grote groep die de straat op zou gaan.

We begonnen gewoon alvast met het werk: het werk van een evangelist.

2 Timotheüs 4:5
Maar u, wees nuchter in alles. Lijd verdrukkingen. Doe het werk van een evangelist. Vervul uw dienstwerk ten volle.

De eerste persoon die we tegenkwamen, was een man. Hij praatte wat overdreven en maakte uitbundige bewegingen met zijn handen, alsof hij geen man was. Hij vertelde dat hij spiritueel op zoek was.

We vertelden hem over het offer van Jezus Christus, en hoe Hij zichzelf had overgegeven voor onze zonden en schuld. We vroegen hem of hij samen met ons Jezus in zijn leven wilde uitnodigen.

Dat wilde hij en hij bad mij na.

Ineens sprak en gedroeg hij zich als een gewone man.

Heel bijzonder.

Daarna ontmoetten we een meisje. Een donker meisje met lange vlechtjes. Heel veel vlechtjes. Ze kwam uit Duitsland en zat op een trap voor het metrostation.

Verdriet was zichtbaar in haar ogen.

Ook haar vertelden we het evangelie.

Heeft iemand je weleens verteld dat God van je houdt en een geweldig plan voor je leven heeft?

Johannes 3:16
Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.

Ze keek me verlegen aan… ‘Een goed plan?’

Want Ik immers, Ik ken de gedachten die Ik over u koester, spreekt de HEERE. Het zijn gedachten van vrede en niet van kwaad, namelijk om u toekomst en hoop te geven. Dan zult u Mij aanroepen en heengaan, u zult tot Mij bidden en Ik zal naar u luisteren. U zult Mij zoeken en vinden, wanneer u naar Mij zult vragen met heel uw hart.Jeremia 29:11-13

Ze begon te huilen.

‘Mijn moeder heeft me er vaak over verteld, en ik liet het gewoon,’ ging ze verder. Ze hield de joint die ze rookte iets verder weg.

‘Ik ben nu wel op zoek. Vijf minuten geleden dacht ik nog aan God. En nu staat u hier met deze boodschap.’

De leegte in haar ogen veranderde naar hoop.

Hoop voor een hoopvolle toekomst.

Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden.Mattheüs 7:7-8

Bid voor mij alstublieft!

Voordat we met zijn allen gingen luisteren naar de teaching voordat we de straat op gingen, sprak ik nog wat mensen aan.

Een jonge knul liep lachend weg toen ik het evangelie begon te delen. Hij zei dat hij het wel zou zien als hij dood was; voor nu wilde hij gewoon genieten van het leven.

Deze Franse vrouwen stapten net een koffieshop binnen, en ik riep ze er weer uit.
“Oh, dames, wacht even!
Ik heb een geweldige boodschap voor jullie.” Nieuwsgierig kwamen ze terug en luisterden naar het evangelie.
De ene mevrouw pakte mijn hand vast toen we gingen bidden, en de andere deed het na. Blij ontvingen ze de woorden van God en baden mee.


We komen altijd weer bij elkaar als groep op een bepaalde plek om te vieren wat God die dag op straat heeft gedaan.

Op een dag kwam er een vrouw naar de groep en zei: “Ik ben zo depressief en heb overal pijn. Alstublieft, help mij!”

Eerst leiden we haar naar Jezus.
Erna begonnen mijn man en ik voor haar te bidden, en ik legde mijn hand op haar buik. Haar hele buik begon te golven, en ze begon enorm te huilen.

Ineens werd ze rustig en zei: “Alles is weg. Ik had iets zwaarmoedigs in mij zitten, wat me continu naar beneden drukte, maar het is weg. Ook de pijn in mijn lichaam is weg.”

Halleluja!

“Want de Zoon des mensen is gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren is.” — Lukas 19:10 HSV