Bid voor mij alstublieft!

Voordat we met zijn allen gingen luisteren naar de teaching voordat we de straat op gingen, sprak ik nog wat mensen aan.

Een jonge knul liep lachend weg toen ik het evangelie begon te delen. Hij zei dat hij het wel zou zien als hij dood was; voor nu wilde hij gewoon genieten van het leven.

Deze Franse vrouwen stapten net een koffieshop binnen, en ik riep ze er weer uit.
“Oh, dames, wacht even!
Ik heb een geweldige boodschap voor jullie.” Nieuwsgierig kwamen ze terug en luisterden naar het evangelie.
De ene mevrouw pakte mijn hand vast toen we gingen bidden, en de andere deed het na. Blij ontvingen ze de woorden van God en baden mee.


We komen altijd weer bij elkaar als groep op een bepaalde plek om te vieren wat God die dag op straat heeft gedaan.

Op een dag kwam er een vrouw naar de groep en zei: “Ik ben zo depressief en heb overal pijn. Alstublieft, help mij!”

Eerst leiden we haar naar Jezus.
Erna begonnen mijn man en ik voor haar te bidden, en ik legde mijn hand op haar buik. Haar hele buik begon te golven, en ze begon enorm te huilen.

Ineens werd ze rustig en zei: “Alles is weg. Ik had iets zwaarmoedigs in mij zitten, wat me continu naar beneden drukte, maar het is weg. Ook de pijn in mijn lichaam is weg.”

Halleluja!

“Want de Zoon des mensen is gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren is.” — Lukas 19:10 HSV

Ben je bereid voor die ene te gaan?

Al een paar jaar wilde ik aan de bak voor de Heer.

Ik had een verlangen om nuttig te zijn voor Zijn Koninkrijk.

Soms is je man of je vrouw daar nog niet aan toe. Of leent je situatie er niet voor om dingen buiten de deur dingen te doen en ligt onze eerste taak altijd thuis.

Verzorgen in het kleine wat de Heer ons al heeft toevertrouwd. Je gezin of misschien al iets breder, je bedrijf.

Wanneer we trouw zijn in het kleine, kan ons meer worden toevertrouwd.

Lees Matthëus 25 maar eens helemaal. Vers 14b zegt Jezus dit: ‘Over weinig bent u trouw geweest, over veel zal ik u aanstellen; ga in, in de vreugde van uw heer.’

Op een dag kwam er in mijn gedachten om eens vacatures gaan bekijken van een maatschappelijke instelling. En ja hoor een half uurtje van ons huis vandaan was een kookvacature. Je kon dan koken voor bewoners en met ze eten. Een mooie kans voor het evangelie dacht ik. Ik overlegde dit met mijn man, en hij zei: ‘Ga er maar heen.’ Halleluja, blijkbaar was de tijd nu rijp hiervoor. En ik belde naar de instantie.

Ik mocht langskomen voor een gesprek. Zenuwachtig ging op weg, omdat ik wist dat dit buiten mijn comfort zou zijn. Mensen die aan de rand van de samenleving stonden, doordat ze dakloos waren of verslaafd of vaak beide.

Na een gezellig gesprek met een mevrouw vertrok ik naar huis. Ik was bang. Enorme angst overviel me in de auto. ‘Oh, nee Heer, zei ik hardop. Dit is niks voor mij, ik ga dit niet doen.’

Het hele verhaal vertelde ik mijn man. Hoe leuk het gesprek was, maar ik zoveel angst had voor de omgeving en eigenlijk ook voor de mensen.’

‘Oké’, zei mijn man, jij kan dit wel.’

Waarop mijn antwoord was:

‘Blij dat je in me gelooft, maar ik denk het niet.’

De volgende dag belde de aardige mevrouw mij om te overleggen. Zij zou erover nadenken en ik ook. ‘En?’ Vroeg ze. ‘Wat denk je?’ Ik vertelde haar dat ik het echt niet zag zitten. Hoe de angst me had overvallen en dat ik niet dacht daar geschikt voor te zijn. Ik hield er echt niet van om zo kwetsbaar over te komen, maar wist ook dat ik binnen twee weken door de mand zou vallen als ik het niet zou vertellen, en ik maar beter gewoon eerlijk kon zijn over dat ik niet geschikt was.

Ze begon wat vragen te stellen en zei uiteindelijk.’ Nou, ik denk dat jij het wel kan, dat komt goed!’ Mijn mond viel haast open van verbazing.

Omdat er twee mensen in geloofden, gaf ik het een kans. De Heer was altijd met me, maar in die tijd besefte ik dat minder nog.

Om de week op dinsdag kookte ik en liep met iemand anders mee. Ik deed de boodschappen, reed ernaar toe en kookte het eten.

Er zouden ongeveer 10- 15 mensen komen eten. De moeite waard vond ik.

Toch kwamen er soms maar 2-5 mensen. En ik begon te klagen tegen de Heer. ‘Heer, vindt U niet dat ik iets beters te doen heb? Ik ben al vaak druk, nu kom ik hier en zijn er vaak maar zo weinig mensen. Ze beloven vaak te komen, maar komen dan niet. Moet ik echt al die moeite en tijd nemen voor dit?’

De Heer sprak heel duidelijk tot mijn hart. ‘Ben jij bereid om voor die ene te gaan? Ben je bereid om alles te doen voor alleen die ene?’

Ik was bereid voor die ene te gaan, want al was ik alleen voor jou gestorven, dan had Ik dat gedaan.’

BAM! De woorden maakten me zo beschaamd. Het liefst had ik ze teruggenomen.

De Heer, die voor mij Zijn hele leven had afgelegd, die Zijn rug had kapot laten slaan, was afgedaald van de hemel naar de aarde, in alles een dienaar was geweest als voorbeeld, de Meester zelf die mij door dit alles had gered van de hel, wees me terecht.

‘O, Heer vergeef me,’ bad ik ‘En ja, Heer ik ben bereid om te gaan voor die ene. De moeite te doen voor die ene.’

Ook als ze liegen of lelijk doen. Leer meer Heer, om trouw te zijn zoals U trouw bent.

Want..

Als wij ontrouw zijn, blijft Hij getrouw. Hij kan Zichzelf niet verloochenen.

2 Tim. 2:13

Erna begon het te groeien.. er kwam vertrouwen van de mensen naar mij. Er kwamen verhalen en getuigenissen die ik nooit meer zal vergeten.

Van diep donker gat, naar de vervulling in Jezus.

Nooit eerder zag ik zoveel leegte bij mensen als de laatste tijd.
Wanhoop in de ogen van de mensen die ik sprak.
Of leegte en verdriet.

Zou het erger geworden zijn,
of laat de Heer het gewoon meer zien?

Het was al laat in de avond dat ik een vrouw aan sprak op een station.

‘Mevrouw, heeft iemand u ooit verteld dat God van u houdt?’

Het leek wel of ik een knopje indrukte bij deze mevrouw.
Ze begon meteen te huilen; tranen stroomden over haar gezicht, en ze begon te vertellen dat ze het wel eens had gehoord.

Nadat ik het evangelie uitgebreid had verteld en ze het gebed om Jezus de Heer van haar leven te maken had meegebeden, vroeg ze zelf of ik wilde weten waarom ze huilde.

Ze begon te vertellen hoe ze zich verkocht als prostituee. Hoe ze aan allerlei soorten drugs verslaafd was geraakt, en ook gokte. Alles leek ze kwijt te raken. Een jaar lang had ze al een maatschappelijk werker, daardoor ging het nog enig sinds.

Toen vroeg zei ze: ‘Ik was vroeger een man en heb me jaren geleden laten opereren. Wat vind je daarvan?’

‘Nou, ik zal u vertellen dat het niet zoveel uitmaakt, wat ik daarvan vind, maar ik geloof wel dat God een man maakte, en een vrouw en dat het goed was toen hij u maakte. Ik geloof dat wanneer die leegte in uw hart toen al gevuld was met de liefde van God, u het nooit had gedaan. Alle dingen die u net opnoemde, de verslavingen, het weggeven van uw lichaam, het willen hebben van geld, en het veranderen van uw geslacht, komen voort uit een gebrek aan identiteit. Als u gaat begrijpen hoe lief God u heeft, zullen al deze dingen verdwijnen.

De bijbel zegt: ‘Maar zoek eerst het Koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u erbij gegeven worden.’ Matt.6:33

Wanneer u dat gaat doen, zal u een ander leven krijgen.

Jezus zei tegen een vrouw die ook zoveel zonden had gedaan in haar leven..
Als u de gave van God kende, en wist Wie Hij is Die tegen u zegt: Geef Mij te drinken, u zou het Hem hebben gevraagd en Hij zou u levend water gegeven hebben. Joh. 4:10
Als je de gave van God kende, dan zou je de vervulling bij Hem hebben gezocht. En hij zou je hart vervullen met Zijn liefde, met Zijn redding, met Zijn vervulling. Met levend water.

Joh. 7:37,38
Alle dorstigen, kom tot de wateren,
en u die geen geld hebt, kom,
koop en eet, ja, kom, koop zonder geld,
zonder prijs, wijn en melk.
Waarom weegt u geld af voor wat geen brood is,
en uw arbeid voor wat niet verzadigen kan?
Luister aandachtig naar Mij, eet het goede,
en laat uw ziel vreugde scheppen in de overvloed.

Zoek Hem en Hem alleen, en Hij gaat u vervullen.

Jes.55:6-7
Zoek de HEERE terwijl Hij te vinden is,
roep Hem aan terwijl Hij nabij is.
Laat de goddeloze zijn weg verlaten,
de man van ongerechtigheid zijn gedachten.
Laat hij zich bekeren tot de HEERE, dan zal Hij Zich over hem ontfermen,
tot onze God, want Hij vergeeft veelvuldig.

Kom jij er voor uit?

En toch geloofden ook velen van de leiders in Hem, maar vanwege de Farizeeën beleden zij het niet, opdat zij niet uit de synagoge geworpen zouden worden. Want zij hadden de eer van de mensen meer lief dan de eer van God.
Johannes 12:42‭-‬43 HSV

Verschillende leiders die Jezus zagen geloofden. ‘Velen’ staat er zelfs.
Maar ze beleden Hem niet, omdat ze liever de eer van mensen wilden.

Ieder dan die Mij belijden zal voor de mensen, die zal Ik ook belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen is. Maar wie Mij verloochenen zal voor de mensen, die zal Ik ook verloochenen voor Mijn Vader, Die in de hemelen is.
Mattheüs 10:32‭-‬33

Deze mensen hadden de eer van mensen meer lief dan de eer van God.
Jezus zei dat Hij alleen de mensen, die Hem beleiden voor de mensen, ook zou belijden voor Zijn Vader.

Want wie zijn leven zal willen behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven zal verliezen omwille van Mij en om het Evangelie, die zal het behouden.
Markus 8:35 HSV

Zij wilden hun leven behouden. Maar gaan het verliezen staat er.

Wanneer wij met Jezus gestorven zijn, hebben we niets meer te verliezen.

Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.
Galaten 2:20

Getuig in Wie je geloofd.
Hij legde Zijn leven af en wij in Hem ook.
Daar hebben we ons leven verloren, om het te winnen in Jezus. Halleluja!

En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot in de dood.
Openbaring 12:11 HSV

Leven door het vlees, of door de Geest?

We zaten te eten toen ineens een jongetje aan tafel zei: ‘Mijn vader kijkt altijd naar andere vrouwen. (lachend) ‘Dat vind hij leuk.’ ‘Ik vind het ook wel grappig. ‘Zei hij. Een stilte viel aan tafel en we keken het jongetje aan. Vond hij het echt grappig? Het waren tenslotte andere vrouwen dan zijn moeder. Voorzichtig vroeg ik hem wat hij er dan grappig aan vond. Zijn antwoord was: ‘Ja, ik ga dat later denk ik ook doen. Maakt niets uit zei mijn vader.’ Er ging een steek door mijn hart. Een bewogenheid voor dit kind, wat al een boodschap mee kreeg van ontrouw. Een steek voor zijn moeder die dit moest accepteren. Onze jongste kwam met zijn conclusie ‘Ik denk niet dat jouw moeder dit leuk zal vinden!’ Puur uit zijn hart. Een jongen van tien destijds, kon zich niet voorstellen dat de moeder van dit kind het leuk zou vinden dat zijn vader naar andere vrouwen keek.

Een mooie les om ook in ons dagelijks leven te bedenken. Waar zijn we op gericht? Op dingen van het vlees? ‘Nou zeg, stel je niet zo aan! Dat doen mannen gewoon.’ Of over vrouwen… ‘Ja, vrouwen houden nu eenmaal van klagen.’ ‘Er woont in ons toch geen goed. We zijn nou eenmaal zo.’ In ons vlees woont inderdaad geen goed. Dan proberen we van alles goed te maken en lukt het niet.

De bijbel zegt dit: ‘Namelijk, zij die naar het vlees zijn, bedenken de dingen van het vlees, maar zij die naar de Geest zijn, de dingen van de Geest. Want het denken van het vlees is de dood, maar het denken van de Geest is leven en vrede.‘ Romeinen 8: 5-6

Alleen het leven naar de Geest brengt leven en vrede. Leven naar het vlees brengt de dood.

Jezus kwam in het vlees, zodat wij niet meer naar het vlees hoeven te leven.

Dit bedoel ik: wandelt door de Geest en voldoet niet aan het begeren van het vlees. Want het begeren van het vlees gaat in tegen de Geest en dat van de Geest tegen het vlees – want deze staan tegenover elkander zodat jij niet doet wat jij maar wenstIndien jij je echter door de Geest laat leiden, dan ben je niet onder de wet. Het is duidelijk, wat de werken van het vlees zijn: hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, nijd, dronkenschap, brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw, zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen beërven.’ Galaten 5:16-21

Doordat God Zijn Zoon Jezus Christus naar de aarde zond in het vlees, hoeven wij niet meer naar het vlees te leven. Zijn vlees werd gekruisigd, zodat wij ons vlees kunnen kruisigen.

Dus is er nu geen verdoemenis voor hen die in Christus Jezus zijn, die niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest. Want de wet van de Geest van het leven in Christus Jezus heeft mij vrijgemaakt van de wet van de zonde en van de dood. Want wat voor de wet onmogelijk was, krachteloos als zij was door het vlees, dat heeft God gedaanHij heeft Zijn eigen Zoon gezonden in een gedaante gelijk aan het zondige vlees en dat omwille van de zonde, en de zonde veroordeeld in het vlees, opdat de rechtvaardige eis van de wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest.’ Romeinen 8:1-4

Wanneer we focussen op ons vlees: ‘Ik moet nog dit afleggen, ik mag dit niet. Ik moet dat nog wel. Ik moet letten op mijn woorden. Ik moet vriendelijk zijn, ik moet geduldig zijn. Oh ja ook nog nederig en geduldig. Dat zegt het woord van God. Dus dan moet ik dat ook doen. Helaas, we zullen falen. Ons vlees kan tijdelijk aardig zijn, geduldig als alles meezit, sommige mensen iets langer met een geduldiger karakter, maar uiteindelijk falen we. In Romeinen 7 lezen we dat Paulus dit ook zegt. ‘Ik ellendig mens, wie kan mij verlossen uit dit vlees van dood. Maar ik dank God voor Zijn zoon Jezus Christus!’ De wet kon het niet vervullen. Want wat voor de wet onmogelijk was, krachteloos als zij was door het vlees, dat heeft God gedaanHij heeft Zijn eigen Zoon gezonden in een gedaante gelijk aan het zondige vlees en dat omwille van de zonde, en de zonde veroordeeld in het vlees. (Rom.8:3) God zond Zijn Zoon om ons vrij te maken van de vloek van de wet. Die zei dat we niet konden voldoen aan de eis van die wet. De wet bracht dood. ‘Want ik weet dat in mij, dat is in mijn vlees, niets goeds woont.'(Rom.7:18)

Welnu, broeders, wij zijn aan het vlees niet verplicht om naar het vlees te leven. Want als u naar het vlees leeft, zult u sterven. Als u echter door de Geest de daden van het lichaam doodt, zult u leven.  Namelijk, zovelen als er door de Geest van God geleid worden, die zijn kinderen van God. Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangendie opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader! De Geest Zelf getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn.’ Romeinen 8:12-16

Jezus kwam in het vlees tot ons. Zijn vlees werd gekruisigd. Wanneer we in Hem zijn, leven wij niet meer. ‘Want wie Christus Jezus toebehoren, hebben het vlees met zijn hartstochten en begeerten gekruisigd.’ Galaten 5:24 Zijn vlees werd gekruisigd en stierf, zodat wij niet meer naar het vlees hoeven leven, maar naar de Geest. De wet laat ons zien dat we vanuit onze oude natuur het goede niet kunnen volbrengen. Maar wanneer we door de Geest wandelen, leven we niet meer in onze oude natuur. Die is gestorven aan het kruis met Christus. En begraven in de doop.

Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven. Ik doe de genade van God niet teniet; want als er gerechtigheid door de wet zou zijn, dan was Christus tevergeefs gestorven.’ Galaten. 2: 20-21

Kinderen van God, hoe relaxed, is dit. We zijn gekruisigd met Christus. Leven naar de Geest. Ik leef niet meer zelf, waardoor ik mezelf kan richten op degene Die het leven gaf, Jezus Christus. Hij werd gekruisigd, werd begraven in het graf en stond op in nieuw leven.

Als we naar de Geest leven, dan zullen we geen vrucht meer voortbrengen van het vlees. Maar vruchten van de Geest. Ja, maar Paulus zei toch ook dat hij niet goeds kon doen? Klopt! In het vlees komt er niets van terecht. Maar! ‘De vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Tegen zodanige mensen is de wet niet. Want wie Christus Jezus toebehoren, hebben het vlees met zijn hartstochten en begeerten gekruisigd. Indien wij door de Geest leven, laten wij ook door de Geest het spoor houden.‘ Galaten 5:22-25

Wie nog denkt dat het niet uitmaakt om in het vlees te leven, ‘wij kunnen daar toch weinig aan doen?’ De bijbel zegt dat leven naar het vlees, vijandschap is tegen God. ‘Namelijk, het denken van het vlees is vijandschap tegen God. Het onderwerpt zich namelijk niet aan de wet van God, want het kan dat ook niet. En zij die in het vlees zijn, kunnen God niet behagen. Maar u bent niet in het vlees, maar in de Geest, wanneer althans de Geest van God in u woont. Maar als iemand de Geest van Christus niet heeft, die is niet van Hem. Als Christus echter in u is, dan is het lichaam wel dood vanwege de zonde, maar de geest is leven vanwege de gerechtigheid.‘ Romeinen 8:7-10.

‘Halleluja!! Dank U Heer, dat ik niet meer hoef te zwoegen tegen mijn oude natuur. Deze is gekruisigd met U, gestorven met U en weer opgestaan met U in nieuw leven toen ik onderging in het watergraf. Mijn vlees wil soms nog van alles, maar ik leef niet naar het vlees. Heer, laat me steeds zien, waar ik vrede en leven verlies, zodat ik mij meteen kan bekeren van mijn weg. Dank U Jezus dat U alles gedragen heeft aan het kruis en dat U riep: ‘Het is VOLBRACHT!’ Amen.’