De Heer is dichtbij

Ik riep het uit tot Heer.. ‘Heer, wilt U me een bemoediging geven. Gewoon een kleine bemoediging.’ Er zijn mensen die vragen weleens een witte duif te mogen zien. ‘Een witte duif Heer, mag ik die ook zien?’ We zaten als gezin in een moeilijke tijd van ziekte en pijn. Diezelfde week kwam ik op de plek waar ik iedere week ga koken voor mensen die een moeilijk leven hebben van verslaving e.d. Ik kon wel huilen van geluk toen ik binnen kwam in de woonkamer. Ik had boven gekookt en kwam beneden om de restjes eten (voor wie dit nog op wilde eten) neer te zetten. Mijn mond viel open van verbazing. Door de zaal hing een slinger met witte duiven, die ik er tot dat moment, nog niet had gezien.

Niet één duif, maar een slinger…

Mijn hart vulde zich met dankbaarheid en nieuwe moed. Ik kletste wat met een bewoner die zelf moslim is. Ik vertelde hem wat ik de Heer had gevraagd. Hij bleef mij intens aankijken en zei: ‘Dat is geen toeval.’ ‘Nee joh, het is zeker geen toeval!’ zei ik. De Heer wil ons leiden en ondersteunen met Zijn eeuwige rechterhand.

 Israël, wees niet bang, want Ik ben met je. Kijk niet angstig rond, want Ik ben je God. Ik maak je sterk. Ik help je. Ik houd je stevig vast en Ik kom voor je op. Jesaja 41:10

Jou wil ik bemoedigen hiermee. Vraag de Heer of Hij je ogen, je oren en je hart opent, voor hetgeen Hij je wil geven. Wanneer we Hem zoeken en achter Hem aankomen, gaat Hij voor ons uit.

Ik zal horen, wat God, de HEERE, spreken zal, want Hij zal tot Zijn volk en tot Zijn gunstelingen van vrede spreken; maar laten zij niet tot dwaasheid terugkeren. Psalm 85:9

Gebed: Dank U Vader, dat U komt met Uw kracht, met Uw licht. Voor wie of wat zullen we dan bang zijn? U helpt ons en ondersteunt ons met Uw rechterhand. Ook wijst U de weg die we moeten gaan en al moeten we soms door een dal, dan nog bent U bij ons met Uw stok en staf die ons troost geeft. U bent de Schaduw aan onze rechterhand. U leidt mij door Uw raad. Onze hoop en verwachting zijn van U. Amen.

Bouw je huis op de Rots…

Vaak loop ik dagen te broeden op een blog. Van inhoud tot titel. Heer wat mag ik delen? De titel vind ik het meest lastig. Wat wil ik ermee bereiken? Leven boven je gevoel zou ik het ook kunnen noemen, Hemels leven, of… bouw je huis op de Rots… Daar gaat de blog over. Wat er ook gebeurt, als je huis stevig is gebouwd op de Rots, kun je alles aan.

Jezus zei tegen zijn leerlingen: “Lúister niet alleen naar wat Ik zeg, maar dóe het ook. Dan lijk je op een verstandig man die zijn huis op rotsgrond bouwde. Toen het hevig begon te regenen en te stormen en er een overstroming kwam, stortte het huis niet in. Want het was op een stevige ondergrond neergezet. Mattheüs 7:24-25

Luister niet alleen, maar doe het ook.

Ik moest denken aan een vliegreis. Je gaat zitten op de aangewezen plek en krijgt instructies. Stel dat er wat gebeurt, dan weet je wat je moet doen. De stewardess of steward doet alles voor. Hoe de riem werkt, waar je de zuurstof kunt vinden en het zuurstofkapje kunt gebruiken. Welke route je moet nemen om het vliegtuig te verlaten. Alles word laten zien. Eerst altijd jezelf zien te redden, dan de ander. De grootste overlevingskans heb je, wanneer je alle instructies goed opvolgt. Gewoon doen wat ze zeggen. Wanneer er turbulentie ontstaat, kijk ik altijd eerst hoe de stewardessen reageren: ‘Oh,’ denk ik. ‘Ze zien er relaxed uit, dan zal het wel meevallen’ Stel dat ik ervoor zou kiezen om iets anders te doen, dan ze hadden opgedragen wanneer er wat gebeurt. Ik ga bijvoorbeeld een andere route nemen, doe het masker niet op, ga eerst anderen helpen. ‘Dom’ zou je mij noemen? ‘Hoe dom kun je zijn dat je niet hebt geluisterd naar de instructies!’ ‘Tja zou ik antwoorden, dat is toch menselijk?’

Onderzoek wat de Heer zegt…

Jezus zegt:’ Luister niet alleen naar Mijn woorden, maar doe het ook!’

Het zal dan zijn, als een man die zijn huis op een rots bouwt. Ik las de definitie van een rots. Het is harde steen, die overal bovenuit steekt. Iedereen ziet het. Het is verschrikkelijk sterk en wanneer de stormen komen, blijft het huis staan.

De bijbel zegt in Colossenzen 3:2 Richt daarom uw gedachten op de dingen van de hemel en niet op die van de aarde De dingen van de hemel, zijn de dingen die de Heilige Geest ons bekend wil maken. Zodat we in gehoorzaamheid aan God kunnen leven. Zodat we ons huis vast kunnen zetten op de rots. Jezus zegt: ‘Blijf in Mij en Ik in u’ (Johannes 15)

Het stuk in Mattheüs gaat verder…  Als je wel hoort wat Ik zeg, maar het niet doet, lijk je op een onverstandig man die zijn huis op zand bouwde. Toen het hevig begon te regenen en te stormen en er een overstroming kwam, spoelde het zand weg en stortte het huis in. Er bleef helemaal niets van over. Mattheüs 7:26-27

Zo vaak is er twijfel, ongeloof. In plaats dat we daaraan te werken, hebben we mededogen met ons ongeloof… ‘Dat is toch menselijk?’ ‘Het is in deze situatie toch te begrijpen dat ik niet geloof’ ‘Jij begrijpt toch wel dat ik nu een andere keuze heb gemaakt?’ ‘Ik ben zo vaak teleurgesteld!’ Dit is een huis op zand bouwen. De stormen van het leven komen en het huis drijft weg in ongeloof, twijfel, teleurstelling en aards denken.

Wanneer we onze gedachten op de hemel richten in plaats van op de aarde, kunnen we twijfel uitbannen. Jozua 1:9 ‘ Ja, wees moedig en sterk! Ban angst en twijfel uit uw hart. Onthoud dat de HERE, uw God, u overal zal helpen.’

God heeft zoveel beloften gegeven… Ik noem er een paar…

Hij zal je voet niet laten wankelen, hij zal niet sluimeren, je wachter.’ Psalm 121:3 ‘Allen die hem aanroepen is de HEER nabij, die hem roepen in vast vertrouwen.Psalm 145:18Wie goed luistert, zal het goed vergaan, wie op de HEER vertrouwt, is gelukkig.Spreuken 16:20Wij hebben Gods liefde, die in ons is, leren kennen en vertrouwen daarop. God is liefde. ‘Wie in de liefde blijft, blijft in God, en God blijft in hem.1 Johannes 4:16Wees niet ongerust, maar vertrouw op God en op mij. ‘Johannes 14:1

Éen van mijn favorieten is deze:

‘Daarom zeg Ik u: Wees niet bezorgd over uw leven, over wat u eten en wat u drinken zult; ook niet over uw lichaam, namelijk waarmee u zich kleden zult. Is het leven niet meer dan het voedsel en het lichaam meer dan de kleding? Kijk naar de vogels in de lucht: zij zaaien niet en maaien niet, en verzamelen niet in schuren; uw hemelse Vader voedt ze evenwel; gaat u ze niet ver te boven? Wie toch van u kan met bezorgd te zijn één el aan zijn lengte toevoegen? En wat bent u bezorgd over de kleding? Kijk naar de lelies in het veld, hoe ze groeien; ze werken niet en spinnen niet; en Ik zeg u dat zelfs Salomo in al zijn heerlijkheid niet gekleed ging als één van deze. Als God nu het gras op het veld, dat er vandaag is en morgen in de oven geworpen wordt, zo bekleedt, zal Hij u niet veel meer kleden, kleingelovigen? Wees daarom niet bezorgd en zeg niet: Wat zullen wij eten? of: Wat zullen wij drinken? of: Waarmee zullen wij ons kleden? WANT… Al deze dingen zoeken de HEIDENEN (de wereld)(aards denken) Uw hemelse Vader weet immers dat u al deze dingen nodig heeft, maar zoek eerst het Koninkrijk van God en al deze dingen zullen erbij gegeven worden. Weest dan niet bezorgd over de dag van morgen, want elke dag heeft genoeg aan zichzelf. Mattheüs 6:25-34

Wanneer we hemels denken, en horen en doen wat de Heer ons zegt, bouwen we ons huis op de Rots. Nog steeds maak je dan dingen mee, die soms erg moeilijk zijn. Maar je kunt het aan, omdat je weet dat de Heer voor je zorgt.

Gebed: ‘Dank U Vader, dat U iedere dag voor mij zorgt. Daarom maak ik me geen zorgen. Dank U dat U mij helpt, mijn huis op de Rots te bouwen. Dank U dat mijn voet aan geen steen zal stoten. (Psalm 91) Dat ik bij de Almachtige mag schuilen. Leer me om Hemels te denken en niet aards. Ik bid voor deze dag om Kracht. Ik kijk naar U Heer, de Rots en wankel niet. Dank U dat ik op U mag vertrouwen. Amen.

‘Geliefde broeders en zusters, als ons hart ons niet aanklaagt, kunnen we ons vol vertrouwen tot God wenden en ontvangen we van hem wat we maar vragen, omdat we ons aan zijn geboden houden en doen wat hij wil.’ 1 Johannes 3:21-22

Wanneer er dan turbulentie in ons leven is, door beproeving, dan kijk ik naar de hemelse Steward en zie dat Hij is! Dan weet ik, Hij heeft alles in de hand en Hij zegt: ‘Maak je geen zorgen, Ik zorg voor je!’

Al trok een leger tegen mij op, mijn hart zou onbevreesd zijn, al woedde er een oorlog tegen mij, nog zou ik mij veilig weten. Psalm 27:3

Vertrouwen is weten…

Toen onze oudste zoon klein was, sprong hij van de commode af en lachte uitbundig! Papa!! Zijn papa ving hem op en het spelletje herhaalde zich keer op keer. Hij had een blind vertrouwen in zijn vader. Hij sloot zijn oogjes en sprong.

Springen met open ogen…

Ik hoor regelmatig door gelovige en niet gelovige dingen roepen als: ‘Waarom laat God de ellende toe in de wereld? Waarom moet ik hier dan nu zo in leven?’ ‘Waarom is er dan ziekte?’ Allemaal vragen waarom iemand twijfelt over God. Alsof we alle ellende van de wereld toeschrijven aan God. Tegenover vertrouwen staat wantrouwen. Ik weet niet of jouw bedoeling goed voor mij is. Misschien zit er wel een addertje onder het gras. Straks kost het me wat als ik ‘ja’ zeg tegen God.

Ik noem een paar bijbel teksten van de bijbel waar God beloften geeft als we vertrouwen.

Gezegend wie op de HEER vertrouwt,
wiens toeverlaat de HEER is.
Hij is als een boom geplant aan water,
zijn wortels reiken tot in de rivier.
Hij merkt de komst van de hitte niet op,
zijn bladeren blijven altijd groen.
Tijden van droogte deren hem niet,
steeds weer draagt hij vrucht. Jeremia 17:7-8

Je bent dus gezegend… als een boom geplant aan water. Je merkt de hitte niet op en je bladeren blijven groen en fris en je draagt vucht… ”

Vertrouw op de HEER met heel je hart,
steun niet op eigen inzicht.
Denk aan hem bij alles wat je doet,
dan baant hij voor jou de weg. Spreuken 3:5-6

Hij baant je de weg!

Wij kunnen ons vol vertrouwen tot God wenden, in de zekerheid dat hij naar ons luistert als we hem iets vragen dat in overeenstemming is met zijn wil. 1 Johannes 5:14

Wanneer we bidden in overeenkomst met Zijn wil, luistert Hij.”

Allen die hem aanroepen is de HEER nabij,
die hem roepen in vast vertrouwen. Psalm 145:18

De Heer is dichtbij…

Wie goed luistert, zal het goed vergaan,
wie op de HEER vertrouwt, is gelukkig. Spreuken 16:20

Je zal gelukkig zijn…

Angst voor mensen is een valstrik,
wie op de HEER vertrouwt, wordt beschermd.Spreuken 29:25

Je wordt beschermd…

Vertrouwen is overgeven. Gewoon springen in geloof en vertrouwen dat de ander zal vangen. In het dagelijks leven vertrouwen we heel veel. Zonder te kijken hoe de stoel is gemaakt, gaan we zitten. Zonder te kijken of de auto technisch nog helemaal goed is, gaan we rijden. Zonder te onderzoeken of de trein goed in elkaar zit, stappen we in. Zonder te weten of er in eten gif zit, eten we het op. Vaak gaan we uit van onze eigen verstand. En gaan we uit van ons eigen inzicht. Of we zijn gewoon heel goed gelovig in wat de massa zegt. Of goed gelovig dat een ander het beste met je voor heeft. Je kunt ook vertrouwen op geld, je medicijnen, je vaccinatie, je bedrijf, of je verzekering.

Val maar…

Wantrouwen is het tegenovergestelde van vertrouwen. Wantrouwen geeft angst en onzekerheid. Wantrouwen komt vaak via leugens. Wantrouwen is een ‘misschien’. ‘Wantrouwen’ zei in het begin van de schepping in Genenis:

‘God heeft toch gezegd dat jullie van geen enkele boom in de tuin mogen eten?’ ‘Jawel hoor,’ zei eva, maar van één niet, dan zullen we sterven. ‘Helemaal niet joh’ zei de slang. ‘Je ogen zullen open gaan en als God zijn.’

Er ontstond twijfel in hart van Eva… Zou het? Zou God de halve waarheid hebben verteld? Ze at en het ging mis… De mensen moesten sterven.

Vaak geloven we de leugens die onze gedachten binnen komen of door een persoon worden verteld. Er komt wantrouwen. Wantrouwen naar mensen of naar God. Door wat iemand zegt, kan er een zaad geplant worden. Dood en leven zijn in de macht van de tong. Denk je écht dat God goed is? Denk je écht dat die persoon waar jij mee omgaat te vertrouwen is? Geloof je echt dat die persoon trouw is?

Paulus maakte heftige dingen mee en vroeg nooit waarom. Ik lees een daarom van Paulus:

De kracht die in ons is en die groter is dan elke andere kracht, is niet onze eigen kracht. Het is Gods kracht in ons. We zijn wel in moeilijkheden, maar door zijn kracht zitten we nooit helemaal klem. We hebben wel raad nodig, maar door zijn kracht zijn we nooit wanhopig.  We worden wel vervolgd, maar door zijn kracht laat God ons nooit in de steek. We worden wel vertrapt, maar door zijn kracht staan we telkens weer op. Elke dag dragen we de dood van de Heer Jezus in ons lichaam mee. Alleen zó kan het leven van Jezus in ons lichaam zichtbaar worden.   Aldoor is ons leven in gevaar, vanwege ons geloof in Jezus. Maar zo kan ook aldoor het leven van Christus in ons sterfelijk lichaam zichtbaar worden. Zo kijken wij aldoor de dood in de ogen. Maar het gevolg is wel dat júllie eeuwig leven hebben!

Maar wij zijn net zo vol van geloof als de man die in de Boeken schreef: “Ik geloof, daarom heb ik ook gesproken.” Wij geloven ook, en daarom spreken we ook. Want we weten dat God de Heer Jezus uit de dood heeft teruggeroepen en weer levend heeft gemaakt. Daarom zal Hij ook óns samen met Hem uit de dood terugroepen en weer levend maken. Wij zullen samen met jullie voor zijn troon komen te staan. Want wíj maken al deze moeilijkheden mee omdat dat goed is voor júllie. Zo zullen steeds meer mensen zien hoe goed God is. En zo zullen steeds meer mensen God prijzen. 2 Korinthe 4:7-18

Gebed: Ik zeg tegen de Heere: ‘Mijn Toevlucht, mijn Burcht, mijn God op wie ik vertrouw! (Psalm 91)

Vertrouw jij de woorden van God? Of steun je op je eigen inzicht?

Ik kan u niet redden…

Vandaag wil ik even iets delen wat recht uit mijn hart komt. We leven in een tijd van Corona. De tweede golf wordt het genoemd. Net als veel mensen, kan ik het woord Corona bijna niet meer horen. Ik zie mensen angstig naar elkaar kijken, als potentieel gevaar. Afgelopen week nog… Ik fietste een heerlijk rondje op de racefiets. Wat een weertje was het zeg. Ik genoot met volle teugen. Ik reed op een fietspad naast een doorgaande weg. Van ver zag ik een man met zijn hond lopen en besloot vast aan de kant te gaan voor hem… De man keek me aan, alsof ik hem iets aan zou doen en ik zag hem half de berm in duiken, terwijl ik voorbij zoefde. Ik werd er gewoon verdrietig van… Het zag eruit alsof de man dacht dat ik een gevaar was. Ik zou willen schreeuwen op dat moment. ‘Meneer! leef! Leef zoals u vroeger leefde. Toen u nog niet bevangen was door angst. Leef! Het leven is niet maakbaar. Dat was het ook niet voor maart 2020. Ik zou hem willen vertellen dat de dood er was voordat er Corona kwam. Dat het er was voordat hij geboren werd. De dood. Het liefst willen we het ontlopen. De dood hoort niet bij het leven. Eens was alles goed. Er was geen dood. Geen ziekte geen pijn en geen ellende. ‘Meneer… ik wil u wat vertellen.’

O, nee! Een gevaar komt op me af.

In het begin van de schepping, gaf God de heerschappij aan Adam en Eva in het paradijs. Overal mochten ze van eten, van alle bomen in de hof, behalve van één boom. De boom van kennis van goed en kwaad. Op een dag aten ze toch. De duivel kwam in de gedaante van een slang en zei tegen Eva: ‘Is het waar dat God gezegd heeft dat jullie van GEEN ENKELE BOOM in de tuin mogen eten?’ ” (Genesis 3:1,) (de duivel is een leugenaar vanaf het begin) Eva legde uit dat het maar van één boom niet mocht. Na heen en weer praten met de slang, besloot ze te eten. Doordat ze dit deed en later Adam ook, kwam de zonde de wereld in. Zonde en boosheid kwamen de wereld in en vanaf dat moment ging het mis in de wereld. Mensen sterven. Er kwam haat en nijd. Ziekte, schuld en oordeel.

Ik sprak een vrouw deze week. ‘Hoe gaat het met u mevrouw?’ ‘Ja hoe gaat het met iemand die weduwe is in deze tijd denk je?’ Het klonk als een verwijt. ‘Ach ja’ zei ik… ‘Ik kan me voorstellen hoe moeilijk dit voor u moet zijn.’ ‘Ik ben pas 51!’ zei ze, ‘En niemand mag komen. Ja, één persoon tegelijk. Ik ben zo eenzaam. Je kunt je dat helemaal niet voorstellen en eigenlijk hoeft het leven voor mij helemaal niet meer zo’ ‘Mijn kinderen zeggen: ‘Dat moet je niet zeggen mama, je hebt nog zoveel om voor te leven toch?’ ‘Wat moet ik zeggen: Dat ik dat niet vind?’ Wat een pijn en nood van deze vrouw. Het komt bij me binnen. Wat moet ik zeggen: ‘ Ik begrijp het?’ Natuurlijk begrijp ik het niet. Ik ben geen weduwe die de hele dag alleen zit. Ik luister. En vraag of ze niet met leuke vriendinnen kan koffie drinken zodat ze wat afleiding heeft. Ze zei: ‘Er is er één ernstig ziek geweest. Ze had kanker en als ik nu de schuld ben dat ze door mij Corona krijgt?’ Wow! Zijn we hierin beland meneer? In een wereld waarin de één de ander de schuld geeft en de verantwoording voelt om de ander niet ziek te maken? Ik stel haar de vraag die ik eigenlijk niet durf te stellen. ‘Wiens schuld was het dat ze kanker had?’ De vrouw kijkt me wazig en vraagt wat ik bedoel. Ik leg het uit.. ‘U bent bang dat u haar zal besmetten met een virus. Dat u daarvan de schuld krijgt. En wiens schuld was het dat ze kanker kreeg?’ ‘Ja,’ zegt ze. ‘Daar heb ik nog nooit over nagedacht.’ ‘Nee?’ vraag ik? ‘Weet u wel dan wie er allemaal gestorven zijn aan griep een paar jaar geleden door uw schuld?’ Opnieuw schudt ze ontkennend haar hoofd en zegt: ‘Wat apart hè, dat we nu wel bezig zijn met schuld en angst.’ Vindt u dat ook apart meneer?’

Alsof wij bij machte zijn de ander te redden

Ik weet wat lijden is. Ik heb een man die jaren lang ziek was. De dokters wisten niet wat ze moesten doen. Stonden met de handen in hun haar. Er werd verteld dat het kon verergeren door stress. Mensen keken dan voor mijn gevoel naar mij. Blijkbaar was ik degene die ervoor moest zorgen dat hij geen stress had. Ik voelde een last die niet te dragen was. Er werd verwacht van mij dat ik de ziekte kon maken en breken. Ik voelde me zo machteloos en verdrietig wanneer het niet goed met hem ging. Hij was ziek. Ik had niet de man die ik nodig had. Mijn man niet de vrouw die hij nodig had. Ik stond ernaast en vluchtte letterlijk weg. Ik had mijn man zo nodig. Maar voelde vooral schuld omdat ik hem blijkbaar weer niet genoeg ontlast had. Ik voelde schuld omdat ik zijn pijn niet kon verzachten. Ik schreeuwde het soms uit naar God; ‘Heer het is een last die niet te dragen is’ ‘Hoe kan ik ervoor zorgen dat hij dit niet meer krijgt? Hoe moet ik me gedragen zodat hij de stress niet krijgt?’ ‘Waarom is het mijn schuld?’ Ik ging als een politieagent op hem letten en wanneer hij mijns inziens, niet goed voor zichzelf zorgde, en zag dat hij jeuk en pijn had, dook ik erbovenop met allerlei adviezen. ‘Je hebt misschien niet goed geslapen’ ‘Heb je weer een wijntje op? Je zou dat toch niet meer doen?’ ‘Wat heb je gegeten? Zou er toch iets in het eten hebben gezeten waar je niet tegen kon?’ Piet werd er gek van (en nog weleens.)

Door de ongehoorzaamheid van een mens (Adam) is het kwaad in de wereld gekomen. En door het kwaad kwam de dood in de wereld. Alle mensen moeten sterven, omdat alle mensen verkeerde dingen doen. Romeinen 5:12

Vroeg of laat zullen we sterven. Door ziekte, een ongeluk, of door ouderdom. We ontkomen er niet aan. Wanneer dat zal zijn, staat al vast voordat we werden geboren. We komen er niet onderuit. Ook komen we niet onder lijden uit. Ik hoor u al zeggen meneer… ‘O, dus jij vindt dat je gewoon roekeloos moet zijn? Jij wil dat mensen sterven? Zou jij willen dat door jouw schuld iemand wordt besmet? Natuurlijk niet! Ik zou niet willen dat u iets overkwam. Ik zou willen dat u voor altijd gezond zou zijn. Ik zou willen dat u nooit zou sterven en niet hoeft te lijden. Ik zou tegen u kunnen zeggen dat u niet meer moet eten. Misschien stikt u anders, maar wanneer u niet eet verhongert u misschien. Gaat u liever alleen nog maar op een stoel zitten, dan loopt u de kans geen ongelukken te krijgen, maar ook door alleen stilzitten sterven mensen. Misschien kunt u beter niet meer gaan slapen, want veel mensen sterven in hun slaap. Maar ja, zonder slaap wordt u ziek. Helaas.. Wat ik ook doe, ik kan u niet voor sterven behoeden. Het spijt me.

Maar er is goed nieuws meneer! Er is redding mogelijk door Jezus Christus de Zoon van God. Hij kwam naar de aarde om de mensen te redden van hun zonden. Om weer toegang te krijgen tot God de Vader en eeuwig te leven te ontvangen.

Wend u af van uw huidige leven en keer terug tot God om vergeving te krijgen voor uw zonden. Handelingen 3:19

Een vaccin of een vaccinpaspoort zal u niet beschermen voor de dood die onvermijdelijk zal komen. Het zal u niet beschermen tegen ziekten (Er zullen altijd ziekten zijn) Het zal u niet redden van het oordeel dat zal komen over de mensen die zonder God leven. Alleen een hemels paspoort redt u van de eeuwige dood.

En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, zó moet ook de Zoon des mensen verhoogd worden, opdat een ieder, die gelooft, in Hem eeuwig leven hebbe. Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe. Want God heeft zijn Zoon niet in de wereld gezonden, opdat Hij de wereld veroordele, maar opdat de wereld door Hem behouden worde. Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld; wie niet gelooft, is reeds veroordeeld, omdat hij niet heeft geloofd in de naam van de eniggeboren Zoon van God. Dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen is en de mensen de duisternis liever gehad hebben dan het licht, want hun werken waren boos. Want een ieder, die kwaad bedrijft, haat het licht, en gaat niet tot het licht, opdat zijn werken niet aan de dag komen; maar wie de waarheid doet, gaat tot het licht, opdat van zijn werken blijke, dat zij in God verricht zijn Johannes 3:14-21

Van leven in duisternis naar het leven in het licht.

Bekeer u zegt de bijbel en leef! Keer u af van uw oude weg en geef u over aan de Koning der koningen. Zijn naam is Jezus. Iedere angst, iedere pijn, iedere ziekte heeft Hij voor ons gedragen.

Meneer, u zou dit gebed kunnen bidden als u wilt.

Heer God! Ik heb mijn hele leven voor mijzelf geleefd. Ik heb het leven lief. Ik wil me bekeren en leg mijn leven in Uw handen. Ik zal niet meer langer voor mijzelf leven, maar wil leven volgens Uw woord. Amen.

Het kind dat wegliep…

Toen onze oudste zoon klein was, had hij de neiging de andere kant op te rennen dan waar wij heen wilden. Steeds riep ik hem dan. Hij keek om, lachte en rende weer door. Hij wist dat wij er waren om hem op te vangen en hem niet zouden laten gaan. Op het moment dat hij viel, rende ik hem vol medelijden tegemoet en liet hij zich troosten. Ik zei dan: ‘Je kunt beter bij ons blijven lopen. Dan houd ik je handje vast en val je niet.’ Dit was niet spannend en korte tijd later herhaalde dit hele verhaal…

Als volwassen mensen glimlachen we hierom. ‘Ach, ze moeten leren. Hij komt wel terug.’

Weglopen lijkt in onze natuur te zitten. De dingen te zoeken die goed ‘voelen.’ Onze eigen plannen trekken.

In Lucas 15 staat een verhaal van het kind wat wegliep van zijn vader. Hij was een volwassen man geworden en vroeg of hij de erfenis vast kreeg. De vader gaf het. Ik heb me vaak afgevraagd waarom die vader het gaf. Ik geloof dat hij dit het beste vond. ‘Ga maar jongen. Ik kan je niet hier houden, wanneer jij weg wilt. Als jij graag de wereld wilt zien, ga dan maar. Alsjeblieft hier is het geld.’ De jongen vertrok. Het veilige leventje wat hij had, liet hij achter. Jagen naar het grote avontuur, zonder de blik van zijn vader.

Na een tijdje had hij al het geld uitgegeven. Er kwam honger in het land en hij had werk gevonden bij een boer die varkens had. Hij moest de varkens voeren en mocht er niet van eten. Hoe diep kon hij zakken. Hij had een warm huis met een goede vader en kiest ervoor daar weg te gaan. Dan uiteindelijk uit te komen bij een boer tussen de varkens en zelfs te verlangen naar het eten van de varkens om maar te kunnen overleven. Hij besluit terug naar huis te gaan.

Zijn vader stond op de uitkijk en zag hem aankomen. De vader kreeg medelijden en rende hem tegemoet, Hij omhelsde de zoon en kuste hem. De zoon had spijt en zei: ‘Vader ik heb gezondigd tegen de hemel en voor u en ben niet waard nog uw zoon genoemd te worden. Mag ik één van uw slaven zijn?’ De vader gaf hier niet eens antwoord op en riep naar zijn knechten: ‘Haal de mooiste jas en een ring en schoenen voor zijn voeten. We gaan feestvieren. Mijn zoon was dood en leeft weer!’

Hij omhelsde hem…

Wauw, hoe mooi hé? Zoveel liefde ontvangen van zijn vader. Stel nou dat hij na het eten net als mijn zoon deed. Dat hij weer wegliep. Hij had nieuwe kleding gekregen, had nieuwe schoenen. Zijn vader had hem omhelst en gekust en gaf hem zijn identiteit weer terug. En nu zegt de zoon: ‘Nou pa, dat was fijn, nu ga ik terug waar ik vandaan kom.’ Hij gaat de stad in en vertelt iedereen dat hij vergeven is door zijn vader, dat hij nieuwe kleding kreeg en hoe hij liefde ontving en nu weer doorgaat met zijn eigen leven. ‘Het maakte zijn vader namelijk niets uit wat hij doet’, zegt hij. Zijn kleding scheurt weer en wordt vies, zijn schoenen slijten en de ring wordt gestolen terwijl hij ergens op straat slaapt. Zou hij nu opnieuw terug gaan naar zijn vader? De meeste mensen zullen waarschijnlijk niet geloven dat hij zo’n ontmoeting had met zijn vader, want als je zo’n ontmoeting had, zou je toch niet terug gaan naar dit oude leven?

Dit is hoe wij als christenen soms kunnen leven. ‘God vergeeft toch alles, dus wat maakt het uit? Verleden, heden en toekomst, dus waar zou je je druk om maken?’ Het ‘voelt’ nu niet meer goed in mijn huwelijk. Het ‘voelt’ goed om te roddelen, het ‘voelt’ goed om extra geld te hebben, dat het zwart is? Maakt toch niet uit? Ik betaal toch al genoeg belasting? Ja klopt ik ben jaloers op wat de ander heeft, maar is geen verkeerde jaloezie hoor.

In Romeinen 6:1-2 staat: ‘Wat is de conclusie? Moeten we verkeerde dingen blijven doen, zodat God steeds kan laten zien hoe goed Hij is? Nee natuurlijk niet! De zonde heeft geen macht meer over ons. Dan moeten wij dus ook niet doorgaan met doen van verkeerde dingen.

Genade is geen vrijbrief om alles te blijven doen waar we zelf zin in hebben.

Romeinen 6:11 ‘We leven nog als sterfelijke mensen met verkeerde verlangens, maar we mogen daar niet aan toegeven, want dan zou de zonde opnieuw macht over ons krijgen.’

Jezus geeft ons de opdracht om steeds te gedenken wat Hij voor ons deed aan het kruis. Wanneer we hieraan denken, aan de liefde die Hij gaf toen Hij Zijn leven opgaf voor ons, dan willen we dat toch niet beschamen?

Gebed: Heer dank U dat U mij gereinigd heeft met Uw kostbaar bloed. Dat ik heilig ben, doordat U heilig bent. Help mij, steeds mijn eigen verlangens af te leggen, zodat ik vrij blijf en niet opnieuw een slaaf word van de macht van de zonde.

Heb jij zonde in je leven? ‘Ga en zondig niet meer’, zei Jezus. Stop ermee. Onze eigen verlangens waar God niet bij kan zijn (‘ga maar dan’) leiden tot de dood (‘Mijn zoon was dood’, zei de vader). Blijf dicht bij de hemelse Vader!