“Mijn God is zo groot, zo sterk en zo machtig, er is niets wat God niet kan doen…” Een liedje uit mijn kindertijd komt in me boven. Steeds opnieuw herhaalt het zich in mijn hoofd en hart. Een diep weten over de Almachtige, Die altijd zorgt voor alles wat ik nodig heb.
Bij God, is er meer dan genoeg!
Onze zoon kwam thuis en zei: “Mam, Ik heb even mijn schoenen weggegeven hoor. Mijn vriend had geen voetbalschoenen en ik voetbal toch bijna nooit” Ik keek hem wat meewarig aan. “Oh, en vind je niet dat je dat even moet vragen?” “Nee, Ik dacht, dat mag wel.” Ik begon te lachen. “Wat een kerel dacht ik.” Een paar maanden later kwam opnieuw deze boodschap. “Mam, ik heb even schoenen weggegeven aan mijn vriend. Hij had geen buiten speel schoenen en dan moet hij zo voorzichtig doen. Ik had toch nog schoenen die voor mij te klein waren en dacht: Hij kan ze wel gebruiken, want ik gebruik ze toch niet meer.” “Prima jongen, geef maar weg,” zei ik. Een derde keer kwam er ook nog. Ik genoot hier zo enorm van. Van de wetenschap dat hij wist dat er geen tekort was en hij uit zijn overvloed kon geven. Dat hij wist dat het goed was wanneer hij dit deed.
Jaren geleden kregen we onderwijs over geld van een Jood. Hij haalde een voorbeeld aan van een kind wat zijn vader om geld vroeg. “Papa, mag ik tweehonderd euro.” “Waarom wil je dat hebben jongen?” Nou pap, ik wil graag een X-box kopen.” “Een X-box? Ben je niet lekker? Daar ga je maar voor werken. Ik ga echt niet zomaar geld geven voor een X-box.” Stel dat de jongen tweehonderd euro had gevraagd voor schoolboeken… “Pap, mag ik tweehonderd euro van je hebben? Ik wil graag schoolboeken kopen,” “Super kerel, hier heb je het.”
Ik geloof dat dit bij God niet anders is. Wanneer we geven met een hart voor de ander of voor een goed doel en weten dat we geven vanuit de overvloed van onze Vader, zullen we toch nooit tekort hebben?
Daarom zeg Ik jullie: bid, want dan zul je krijgen. Zoek, want dan zul je vinden. Klop, want dan zal er voor je worden opengedaan. Want iedereen die bidt, zal krijgen. En iedereen die zoekt, zal vinden. En voor iedereen die klopt, zal worden opengedaan. Geen één vader geeft toch zijn zoon een steen als hij om een brood vraagt? Of een slang als hij om een vis vraagt? Of een schorpioen als hij om een ei vraagt? Dus ook al zijn jullie slecht, toch kunnen jullie goede dingen aan jullie kinderen geven. Dan zal jullie hemelse Vader toch zéker de Heilige Geest geven als mensen Hem daarom bidden?” Lukas 11:9-13
Wanneer we gericht zijn op de ander en nood zien, en weten dat onze Vader overvloedig geeft, hoeven we toch niet in te houden?
Zoonlief was er totaal niet mee bezig of hij genoeg zou hebben. Hij zag de ‘nood’ van zijn vriend en wilde er wat aan doen.
Jezus deelde uit… in overvloed…
Toen het avond werd, kwamen zijn leerlingen naar Hem toe. Ze zeiden: “Heer, het is hier eenzaam en het is al laat. Stuur de mensen nu maar weg. Dan kunnen ze naar de dorpen gaan om eten te kopen.” Maar Jezus antwoordde: “Ze hoeven niet weg te gaan. Geven jullie hun maar te eten.” Ze zeiden tegen Hem: “We hebben hier alleen maar vijf broden en twee vissen.” Hij zei: “Breng ze hier.” En tegen de mensen zei Hij dat ze op het gras moesten gaan zitten. Hij nam de vijf broden en de twee vissen, keek omhoog naar de hemel en zegende ze. Toen brak Hij de broden in stukken. Zijn leerlingen deelden de stukken uit. Alle mensen aten tot ze genoeg hadden. Toen haalden ze de stukken op die waren overgebleven: twaalf manden vol. Er hadden ongeveer 5000 mannen gegeten. Vrouwen en kinderen waren daarbij nog niet meegeteld. Mattheüs 14:15-21
Net genoeg of overvloed? Twaalf manden waren over…
Leef vanuit Zijn overvloed. Papa heeft genoeg.
Een klein verhaaltje van George Muller. Hij had een kindertehuis. “Op een morgen was er niets te eten: geen ontbijt, geen brood, geen melk. Alles was op en er was ook geen geld meer. De kinderen werd gezegd aan tafel te gaan, net als elke morgen om zeven uur en George Müller ging voor in dankgebed. Hij dankte de Heer, dat er brood genoeg was, alleen nog niet op de borden die voor ons staan. Hij dankte de Heer dat er melk genoeg was in het land, alleen nog niet in de bekers hier op tafel. Terwijl hij uitgebreid had gedankt voor de voorzieningen van de Heer voor de dag die net was begonnen, werd er op de deur geklopt. Een grote kar vol manden met brood stond voor de deur en of de grootste kinderen even konden meehelpen met uitladen. Juist toen iedereen rijkelijk van brood was voorzien stopte er een grote melkwagen voor de deur. De wagen was kapot en de melkboer moest direct van zijn melk af, want het zou niet de hele dag goed blijven. Alle kinderen en bewoners werden rijkelijk voorzien van melk. “Een nieuwe dag onder de voorzienigheid van onze liefdevolle hemelse Vader kan beginnen”, zei George Müller tegen de kinderen.”
Deze man had niemand gevraagd te bidden voor eten. Hij had niemand gevraagd om geld. Hij had alleen God de Vader gedankt voor het eten wat zou komen. Soms kunnen we leven alsof we altijd maar moeten afwachten iets te krijgen. Hele gebedskettingen worden opgezet om te vragen om geld en folders worden verspreid voor voorziening. Verkopingen worden gehouden, stroopwafelacties opgezet. Alles voor een goed doel. Ik zeg niet dat het niet goed is hoor. Het komt voor mij alleen soms over alsof we een Vader hebben die gebrek heeft. Dat alles bij elkaar moet worden geschraapt om genoeg te krijgen voor het werk in Gods koninkrijk. Ik geloof in een God van voorziening. Wanneer we wandelen in Zijn wil, hebben we nooit tekort. Hoeven we geen reclame (gebed en geld vragen) te maken. Want onze God zal in Zijn rijkdom voorzien.
Mijn God zal jullie in alles overvloedig geven wat jullie nodig hebben. Want Hij geeft overvloedig omdat Hij Zelf overvloedig bezit. Hij geeft ons in Jezus Christus van Zijn rijkdom. Alle eer is voor onze God en Vader, voor eeuwig! Amen! Zo is het! Filippenzen 4:19-20