Trouw zijn over de kleine dingen..

Toen ik begon met werken op mijn twaalfde jaar, mocht ik mee met mijn vader naar de slagerij. Het liefst wilde ik gelijk klanten helpen en vlees verwerken. Salades of barbecue schotels opmaken leek me geweldig. Maar nee, ik moest beginnen met andere klusjes. De wc boenen, de vloer schrobben, karton platmaken. Nadat ik dat onder controle kreeg, kwamen er klusjes bij. Klusjes die ik leuker vond. Ik moest eerst leren om te trouw te zijn over kleine klusjes.

Het geld wat ik verdiende, hield mijn vader apart. Ik kreeg er een paar gulden van en de rest spaarde hij voor me. Irritant vond ik dat. Het liefst wilde ik het zelf hebben. Mijn vader wist echter, dat ik er niet goed mee om kon gaan. Het liefst kocht ik snoep of cadeautjes. Zelfs met die ene gulden (ja ja, gulden was er nog) die ik per week aan zakgeld kreeg, kon ik niet omgaan. Ik kocht er vaak meteen iets voor.

Naarmate ik ouder werd, kreeg ik er zelf meer de verantwoording over. De eerste maand dat ik zelf het geld op mijn rekening kreeg , was ik zestien en voelde het of ik miljonair was geworden. Het kon niet op joh! Dat bleek na twee weken een illusie. Het was op. Ik kon er nog niet mee om gaan. Ik besloot dat het anders moest. En liet van de 1040 gulden die ik verdiende, er meteen 940 gulden wegsluizen naar mijn spaarrekening. Daar kreeg ik rente over en het vermeerderde.

Het verhaal van de dienaren met het geld

Jezus zei: “Het is hetzelfde als met een man die naar het buitenland vertrok. Voordat hij ging, riep hij zijn dienaren bij zich. Hij gaf hun een bedrag waarmee ze voor hem zaken moesten doen.  Eén dienaar gaf hij 1200 goudstukken, een andere 500 goudstukken en een derde 250 goudstukken. Hij gaf ieder de hoeveelheid geld waarvan hij wist dat die dienaar daar goed mee zou kunnen omgaan. Daarna ging hij op reis. De man die 1200 goudstukken had gekregen, ging onmiddellijk op weg om zaken te doen. Hij verdiende er 1200 goudstukken bij.  De man met de 500 goudstukken verdiende er 500 bij.  Maar de man die 250 goudstukken had gekregen, groef een gat in de grond en stopte er het geld van zijn heer in.Na lange tijd kwam de heer van die dienaren terug. Hij wilde weten hoeveel ze met zijn geld voor hem verdiend hadden. De man die 1200 goudstukken had gekregen, ging naar zijn heer. Hij bracht ook de 1200 goudstukken mee die hij had bijverdiend en zei: ‘Heer, u had mij 1200 goudstukken gegeven. Kijk, ik heb er 1200 bijverdiend.’  Zijn heer zei tegen hem: ‘Goed gedaan! Je bent een goede en trouwe dienaar. Ik heb je eerst weinig gegeven. Daar ben je goed mee omgegaan. Daarom zal ik je nu véél geven. En je bent welkom op mijn feest.’ De man die de 500 goudstukken had gekregen, ging ook naar zijn heer. Hij zei: ‘Heer, u had mij 500 goudstukken gegeven. Kijk, ik heb er 500 bijverdiend.’ Zijn heer zei tegen hem: ‘Goed gedaan! Je bent een goede en trouwe dienaar. Ik heb je eerst weinig gegeven. Daar ben je goed mee omgegaan. Daarom zal ik je nu véél geven. En je bent welkom op mijn feest.’ Want aan iedereen die heeft, zal meer gegeven worden, en hij zal meer dan genoeg hebben. Maar van wie niet heeft, zal afgenomen worden wat hij heeft. En de heer zei: ‘En gooi die nutteloze dienaar in de donkerste kerker. Daar zal hij huilen en met zijn tanden knarsen van spijt.’ ” Mattheüs 25 :14-29

Trouw in het kleine..

Wanneer we niet bereid zijn het kleine wat we hebben in te zetten, dan worden we niet over grotere taken gezet. Wanneer je van een euro geen tien procent kunt missen, lukt het ook niet met vijfhonderd euro.

Begin met trouw zijn over het kleine en de Heer zal je meer gaan geven.

Wees trouw in het huishouden. Wees trouw in je relaties. Wees trouw op je werk. Wees trouw in hetgeen je op aarde is toevertrouwd en de Heer zal je ervoor belonen.

Lukas 16:10 HSV

Wie trouw is in het minste, is ook in het grote trouw. En wie onrechtvaardig is in het minste, is ook in het grote onrechtvaardig.

Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn.

Ik wilde vroeger miljonair worden. Veel geld verdienen, dan zou ik tenminste iemand zijn. Leren was mijn ding niet. Het lukte me niet. Ik besloot veel geld te gaan verdienen. Iedereen zou het nakijken hebben. Vooral de mensen die hadden gezegd dat ik dom was. Mijn man had de wens voor een Porsche. Goede match dus. We werkten keihard, 80-90 uur in de week was normaal. Alles ging er kapot van. Toch bleven we erop gericht om hard te blijven werken. Ons hart was bij ons bedrijf en geld verdienen. Echt veel geld verdienden we er niet mee. Toch gingen we stug door. Ons hart lag daar..

waar je schat is, daar zal ook je hart zijn.

Jezus zei tegen zijn leerlingen: ‘Verzamel geen rijkdommen op aarde. Want je schatten gaan kapot door de motten en de roest, en dieven breken in en stelen ze. Verzamel liever rijkdommen in de hemel. Die schatten gaan niet kapot door motten en roest, en daar zijn geen dieven die inbreken of stelen.  Onthoud goed: waar je rijkdommen zijn, daar zal ook je hart zijn.’ Mattheüs 6:19-21.

Ik liep te denken deze week.. op het moment dat je hart bij iets is, in ons geval geld, dan geef je als het ware je hart weg. De focus op schatten van deze aarde zetten je gevangen om alles te doen wat je wil bereiken. Als ons hart uit ons lichaam zou zijn, ben je eigenlijk dood..

‘Zoek eerst het Koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u erbij gegeven worden’. (Mattheüs 6:33, HSV)

Op een dag was het genoeg. We hadden zoveel gewerkt en eigenlijk had het niks opgeleverd. Behalve de enorme moeheid. En jezelf verliezen. We besloten dat het anders moest. Ons bedrijf en bezittingen gaven we terug aan God en ons doel werd anders.. Het doel werd het niet meer het geld, maar leven.

De wereld met haar begeerte gaat voorbij, maar wie Gods wil doet blijft tot in eeuwigheid. 1 Johannes 2:17

Jezus geeft leven…

Als u nu met Christus uit de dood bent opgewekt, streef dan naar wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God. Richt u op wat boven is, niet op wat op de aarde is.
Kolossenzen 3:1-2

Juist alles uit handen geven, geeft vrijheid. Zorgt dat je hart op het goede gericht is, de dingen van Boven.

Dit kinderliedje wat ik vroeger leerde gaat erover..

‘k Heb een beurs die niet oud wordt.
‘k Heb een schat die nooit opraakt.
‘k Heb een schat in de hemel
en ‘k heb Jezus in mijn hart.
Hij is Koning, Hij is Koning.
Hij is het die ons bevrijdt.
Hij is Koning, Hij is Koning,
Koning in eeuwigheid.

Jezus is Heer van hemel en aarde
Toch werd Hij net zo’n mens als wij
Om ons te leiden naar Zijn Vader
Ik ben de weg, zegt Hij.
Zoek niet naar schatten op aarde.
Daar gaat hun waarde voorbij.
‘k Geef je een schat in het Koninkrijk.
Volg je Mij, dan word je de koning te rijk.

‘k Heb een beurs, die niet oud wordt.
‘k Heb een schat die nooit opraakt.
‘k Heb een schat in de hemel
en ‘k heb Jezus in mijn hart.
Hij is Koning, Hij is Koning … (enz.)

Jezus zegt jou: Ik ken al je zorgen
want Ik werd net zo’n mens als jij.
Kom dus bij Mij, wacht niet tot morgen.
Kom, want Ik maak je vrij.
Ik ben het licht van de wereld.
‘k Schijn in de donkerste nacht.
Dit is de dag dat je leven begint
Volg je Mij, dan word je zo blij als een kind.

‘k Heb een lamp die niet uitgaat.
‘k Heb een weg die omhoog leidt.
‘k Heb een huis in de hemel
en ‘k heb Jezus in mijn hart.
Hij is Koning, Hij is Koning… (enz.)

Schulden

Toen ik klein was vroeg ik mijn vader of ik een gulden (ja lang geleden) mocht lenen. Het antwoord van mijn vader was altijd hetzelfde. Nee! Je kunt geen kwartje uitgeven als je maar een dubbeltje hebt zei hij. Erg waarderen kon ik het niet. Super irritant vond ik het. Ik wilde nu gewoon kopen wat ik in gedachte had. Hij vertelde hoe vervelend het was om te moeten werken voor iets, wat je al lang geleden had gekocht. Eigenlijk kon je niet verder dromen naar iets leuks. Het oude moest tenslotte nog worden betaald.

Schuld als een zware last..

Wanneer je van iemand leent, word je iemands slaaf zegt de bijbel. Spreuken 22:7 Een rijke heerst over de armen,en wie leent word slaaf van de uitlener.

Een slaaf leeft onder de heerschappij van de uitlener. Hij komt als het ware in een glazenhuis te zitten. De uitlener zal met argusogen kijken hoe hij het geld uitgeeft, zo lang het geleende niet is terug betaald. Wanneer je leent van een vriend, familielid of een bekende kan het grote schade veroorzaken. Wantrouwen, ruzie, en jaloezie. Een relatie kan er stuk door gaan. Man lief, geeft net iets meer uit aan leuke dingen dan de ander geoorloofd vind. Vrouw wil nog een leuk jurkje wat in de aanbieding was. Meer overuren, geen tijd meer voor elkaar. Grote druk op ieder gezinslid. Zelfs scheidingen door geldruzie. Dan ben je er emotioneel ook nog in betrokken. Betaal meteen terug wanneer je het kunt. Wanneer het bij de bank is, dan maakt de bank zich nergens druk om. Totdat er niet word afgelost. Dan zijn de gevolgen niet te overzien. Aanmaningen, deurwaarders of een rechtszaak. Spreuken 3:27-28 Onthoud een ander niet waarop hij recht heeft, terwijl je het hem geven kunt. Zeg nooit tegen je medemens; Ga weg, kom morgen maar terug, terwijl je hebt, wat je hem schuldig bent.

Zelf hebben we een bedrijf. Heel normaal zei iedereen om schulden te hebben op je zaak. Wat maakt het uit? De eerste keer dat we het rood in gingen, sliep ik nachten niet. Het gekke is, dat je eraan gaat wennen. We werden makkelijk met uitgeven. Een beetje meer of minder maakt niet uit. Dikke rente erbovenop. Nou ja dat hoort er ook bij. Tot we meer gingen begrijpen hoe God wil dat we met geld omgaan. Hoe we rentmeesters mogen zijn.

Wanneer je met schulden leeft, ben je niet vrij. God wil vrijheid in ieder stuk van je leven. ik las een leuk Afrikaans spreekwoord.. Als je iemand benen leent, moet je gaan waarheen hij gaat. Dus de uitlener is je baas. Pas wanneer je de schulden aflost, ben je vrij.

Romeinen 13:8 Zorg ervoor dat je bij niemand schulden maakt. De enige schuld die je aan andere mensen hebt is: het geven van liefde.

Mooi he! Alleen daar ligt een taak. Heb elkaar lief en ga met de ander om zoals je wil dat ze met jou om gaan. Mattheus 7:12 Behandel andere mensen zoals je zelf graag behandeld wil worden. Los je schulden af en wees Vrij!