Als je terugloopt, zal hij ook bij de ingang zijn…

‘Ochtendstond heeft goud in de mond,’ zei mijn vader altijd.
Je hebt nog een hele dag wanneer je vroeg opstaat.
Heerlijk, die frisse geuren in de ochtend en nu de vogels die het al uitjubelen voor hun Maker.

Een mooi rondje had ik al gemaakt toen ik een man zag lopen in een openbaar gebouw. Daar kwam het idee in me op dat ik hem binnenkort moest spreken, omdat God hem op het oog had.
Ik glimlachte bij de gedachte, want het zou vast weer een verrassing zijn hoe dat tot stand zou komen.

Psalmen 143:8 Herziene Statenvertaling (HSV)
Doe mij in de morgen Uw goedertierenheid horen, want ik vertrouw op U; maak mij de weg bekend die ik te gaan heb, want tot U hef ik mijn ziel op.

Een paar weken later was het zover, ik ervaarde een zachte aandrang om richting het gebouw te lopen, waar ik de man zag stofzuigen en liep er naartoe, maar toen ik er vlakbij was, liep de man verder naar binnen en ik mompelde tegen de Heer, ‘Heer, ik ga niet dat gebouw in naar een man alleen, dat lijkt me niet verstandig.’ En ik begon mijn weg naar huis te vervolgen. ‘De Heer sprak tot mijn hart: ‘Wanneer je nu terugloopt, zal de man tegelijk met jou bij de ingang zijn.’

Gewoon gehoorzamen dan maar… Ik wil het niet missen, en mis het nog veel te vaak naar mijn zin. Laatst had ik niet gehoorzaamd.

De Heer sprak tot mijn hart: ‘Raap dat bekertje maar op en gooi het weg in de prullenbak.’ Ik reageerde als een opstandig kind en antwoordde Hem: ‘Heer, dat heb ik er toch niet neergegooid?’ En liep door. Meteen had ik spijt en liep terug. Op het moment dat ik me omdraaide en terugliep, wist ik waarom de Heer dit had gezegd. Het had me namelijk net een kleine vertraging gegeven, waardoor ik met iemand mee had kunnen lopen.
Het was nu totaal niet logisch meer geweest als ik ineens toch weer had omgedraaid. ‘Sorry Heer’, beleed ik. ‘Ik wil echt beter naar U luisteren.’

Dus nu sprak de Heer zo duidelijk en ik liep naar de ingang van het gebouw.
Op het moment dat ik eraan kwam, was de man er ook, precies zoals me was gezegd. Halleluja!!

De man keek me verrast aan toen ik hem begon te vertellen over een liefdevolle God die zoveel van hem houdt dat Hij zelfs Zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven voor zondaren. Dat als hij in Hem zou geloven, niet verloren zou gaan, maar eeuwig leven zou hebben.
Helemaal blij werd hij.
Nadat we een poosje hierover gesproken hadden, gaf hij zijn hart aan de Heer. ‘Zo,’ zei hij ‘Ik voel me helemaal anders, helemaal blij. Dit had ik echt nodig, dank u wel.’

Glorie aan God!
HEERE, onze Heere, hoe machtig is Uw Naam op de hele aarde!
U Die Uw majesteit getoond hebt boven de hemel.

Wat is dan de sterveling, dat U aan hem denkt,
en de mensenzoon, dat U naar hem omziet?
Psalm 8

Twee jongens renden achter ons aan.

Samen met een vriendin had ik afgesproken in een wegrestaurant in het midden van het land om even bij te kletsen.
We vertelden elkaar over de grote dingen die God gedaan had in ons leven.

Ze vertelde hoe ze moslima was geweest en iemand haar had aangesproken op de straat om het evangelie met haar te delen.
Hoe ze vanaf dat moment nooit meer dezelfde was.

Ik vertelde hoe iemand van een diepvriesbedrijf die bij ons aan de deur kwam, mij het evangelie had verteld.
Hoe het me geboeid had en enorm geïrriteerd. Het liefst had ik de persoon nooit meer gezien. ‘Want’, zo zei ik. ‘Wij denken daar heel anders over.’

Een uitspraak die ik nu ook regelmatig terug hoor.
Ik kwam uit de kerk, maar had nog nooit gehoord dat er een God was die van ons houdt. Dat Hij kwam om te redden wat verloren is.
Ik had geleerd dat we geboren waren als brandhout voor de hel. Dat er maar één in een huis en één in een stad gered kon worden.
Hierdoor voelde ik me vaak wanhopig. ‘Waar leef ik dan voor?’

Bij ons beiden begon het leven met God, doordat er iemand was uitgestapt om het evangelie te vertellen.

Daar onder het kletsen liep er een jongen voorbij, en ik zei: ‘He jongen, heeft iemand je weleens verteld dat God van jou houdt en een plan heeft voor je leven?’
‘Ja… op zich wel’, zei hij. Nadat we verder het evangelie hadden verteld en hij vertelde moslim te zijn en er verder niets mee te willen, ging hij weer verder.

We hadden het evangelie gezaaid.

Veel mensen willen wel het hele harnas van de wapenrusting. (Het schild van geloof, het borstpantser van de gerechtigheid, helm van het heil, zwaard van het woord.) Maar trekken nooit de schoenen aan voor de bereidheid van het evangelie.

En de voeten geschoeid met bereidheid van het Evangelie van de vrede.
(Efeze 6:15)

‘Wanneer de mensen die ons destijds hadden aangesproken, die schoenen niet hadden gedragen, waar waren wij dan nu geweest?’

Na een heerlijke avond samen waar we ons hart konden delen over de grote daden van God, liepen we richting uitgang.

Ineens werden we geroepen; ‘Mevrouwen, mevrouwen! We hebben net gehoord van onze vriend dat u iets heeft verteld over de Bijbel en wij willen dit graag horen.’ Twee jonge knullen stonden voor ons. Een jaar of 20 waren ze schat ik.
Even later een derde jongen erbij. Wow! Ze kwamen zelf ernaar vragen.
En we begonnen uitgebreid het evangelie te vertellen.

Twee van de drie jongens wilden dit aannemen en besloten met ons te bidden. En gaven hun leven over aan Jezus. De derde wilde er nog over denken.
Halleluja! God is zo goed. We hadden gezaaid in een jongen en hierdoor kwamen er twee andere jongens tot geloof in Jezus.

Waar zou jij staan als het jou nooit was verteld?
Heb jij de schoenen aan en ben je bereid het evangelie van de Vrede te delen?

Eerst schaamte, erna vrijheid.

Een groepje werkers van een grote stad in Nederland stond samen te keuvelen in een groepje van vier. Ik kwam ertussen staan en vertelde dat ik vreselijk goed nieuws voor ze had.

Achtergrond het gebouw wat mee getuigd. ‘God roept u en Jesus loves you.

Namelijk dat God van ze houdt.
Heeft iemand jullie dat al verteld?

Twee mannen en twee vrouwen waren het. Een van de mannen, besloot meteen weg te lopen. En één van de vrouwen begon me een soort met haar armen af te weren en zei me min of meer dat ik weg moest gaan.

Toen gebeurde er iets bijzonders.

De man die was blijven staan zei dat hij wist dat God van hem houdt en dat hij een kind van God was. Hij begon vrijmoedig te getuigen over zijn leven met God.
Ineens veranderde de hele atmosfeer.
De vrouw die afwerend reageerde, stemde in met haar collega en dat ze zelf ook wist dat ze een kind van God is.

Ieder dan die Mij belijden zal voor de mensen, die zal Ik ook belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen is. Matt. 10:32

In eerste instantie schaamde ze zich tussen haar collega’s, maar door de moed van de man, die zich het evangelie niet schaamde, kwam ze los.

‘Dank U Heer,’ dankte ik in stilte.

Want ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek. Rom. 1:16

Collega vier stond de hele tijd te luisteren. Ik zag allerlei dingen in haar gezicht gebeuren. Van afwijzing, naar bewondering voor haar collega, toen meer nieuwsgierigheid, toen hoop en uiteindelijk bad ze het gebed mee en begon te stralen.

De mevrouw die me afwees begon ook steeds meer te stralen. De schaamte had plaats gemaakt voor blijdschap. En ineens begon ze vrijmoedig te getuigen, hoe ze opgegroeid was in de kerk, en er niets van wilden weten, en het jaren lang had los gelaten. Dat haar moeder haar had gewaarschuwd niet in de wereld te gaan leven omdat het haar zou beschadigen.

‘Ik wilde niet luisteren, maar mijn moeder had gelijk. Het beschadigde me zo, dat ik een gebroken vrouw werd. Maar God is zo liefdevol dat Hij mij vergeven heeft toen ik bij hem terug kwam.
En mevrouw ik vond het eigenlijk niks dat u tegen ons begon te praten, maar nu ben ik er zo blij om.’ Vol vuur ging ze verder tegen haar collega, dat zij haar wel wilde helpen met de bijbel en haar dingen wilde leren. Over de doop en de kerk.

Ik glimlachte en voelde me zo dankbaar hoe God dingen kon veranderen.
Van schaamte brak het door in vrijheid.

Ze bedankte me. ‘Mevrouw het heeft me zo bemoedigd dat u gekomen ben met deze boodschap!
Ik wil dit nu ook vaker gaan delen.’

‘Dank U, Heer, dat ik niemand kan overtuigen, maar dat U ons getuigenis gebruikt als bemoediging voor een ander.’
Als God mij kan vrijzetten, kan Hij dat zeker ook bij jou.

Strijd de goede strijd van het geloof, win het eeuwige leven waartoe je geroepen bent en waarvan je in aanwezigheid van velen zo’n krachtig getuigenis hebt afgelegd. 1Tim 6:12

Op de juiste plaats, op de juiste tijd.

Soms heb je van die momenten, die je nooit meer vergeet.

Het was zomaar een dag in Amsterdam.
We waren die dag op straat om mensen over Jezus te vertellen.
Ik liep een trap af en daar zat een man. Hij zat ontspannen tegen een muurtje aan. Meestal, wanneer ik bij dat stukje Amsterdam kwam, zaten de mensen er te blowen. Maar deze man niet. Rustig dronk hij aan zijn colaatje.

‘Goedemiddag meneer, heeft iemand u weleens verteld dat God van u houdt en een enorm goed plan voor uw leven heeft?’ begon ik.
Dat had hij wel eens gehoord, maar zijn leven had hij nog niet aan God overgegeven. Hij wilde dit wel graag en samen baden we het zondaarsgebed.

Zijn gezicht begon te stralen.

Toen begonnen er woorden in mijn hart op te borrelen…

‘Meneer, Ik geloof dat de Heer wil zeggen dat u met jonge jongens zal gaan werken. Dat u vooral een vader figuur zal worden voor jongens die geen goede vader of geen vader hebben gehad. Zodat de jongens hun leven weer op de rit gaan krijgen.’ Ik keek hem aan en peilde zijn reactie.

Hij begon te lachen. ‘Haha, dit is ongelooflijk, hoe weet u dit?’ vroeg hij.

Ik werd nieuwsgierig en vroeg.. ‘vertel eens? Ik weet helemaal niks.’

‘Ik ben op reis vanuit Duitsland naar een ander land. Hier op Schiphol had ik een tussenstop. Ik ben voetballer, maar ga nu tijdelijk in een ander land met jongeren werken om te kijken of dat iets voor mij is. En dan verteld u mij dat u gelooft dat de Heer dit voor mij wil. Haha. Ongelooflijk!’

Wauw! De man was een paar uur in Amsterdam en kreeg van de Heer een bevestiging. God is groot.

Ik zou je willen dwingen.

Wanneer we horen dat iemand ons wil dwingen om iets te doen, gaan onze nekharen overeind staan. Een innerlijk verzet komt boven. Misschien zijn er een paar mensen die het fijn vinden wanneer een ander beslist. Al vanaf jonge leeftijd, zei onze oudste zoon bij het woord: ‘moet’ ‘Ik moet helemaal niks. Hij wilde zelf kunnen kiezen.

Al bij een jaar of twee begint dat bij de meeste kinderen. Zelf willen kiezen. Bijna op alles wat papa of mama zegt, wordt het woordje ‘nee’ gezegd. Ja, komt alleen voor bij alles wat het kleine kind aanstaat. De rest is nee. Pak maar even je laarsjes. ‘nee.’ Doe je papiertje maar in de prullenbak. ‘Nee.’ ‘Ja, ons kind krijgt echt al een eigen willetje’ zeggen we glimlachend.

Soms is het beter geen keuze te geven.

Een paar jaar geleden zag ik een documentaire over een man in China. Iedere dag opnieuw ging hij bij een bepaalde brug de wacht houden. Het was een brug die populair was om vanaf te springen en daar de dood te vinden, voor mensen die het leven niet meer zagen zitten. De man ervaarde het als een ‘last’ of ‘plicht’ om ze te redden. Wanneer ze wilden springen, hield hij ze tegen en ging met ze praten. Honderden mensen heeft hij gered van de dood. Er waren er veel die jaren later nog lieten weten tot op de dag van vandaag dankbaar te zijn door hem gered te worden.

Soms worden mensen gedwongen opgenomen in een kliniek, wanneer ze een gevaar zijn voor zichzelf of voor hun omgeving. Ze weten niet meer wat ze doen en een ander beslist wat beter voor ze is. Net als bij de brug. De mensen die in de problemen zijn, weten niet meer wat het beste is en willen kiezen voor het einde, zonder te weten wat erna komt. De man of de kliniek redt ze hiervan.

Veel mensen denken altijd zelf te kunnen weten wat het beste voor ze is. We krijgen zoveel keuzes te verwerken en op ons verstand of gevoel kiezen we wat het beste lijkt. Wat het beste past bij onze overtuiging of wat goed voelt.

Er zei laatst iemand tegen mij dat hun ouders ze altijd vrij had gelaten om de religie te volgen. Ik kan me voorstellen. Een religie brengt je niets dan regels en wetten. Een religie brengt vaak verdeeldheid tussen mijn en jouw denkwereld.

God liet Adam en Eva een keuze in het paradijs. Hij zei: ‘Van alle bomen in de hof mag je eten, maar alleen van die ene boom mag je niet eten.’ Genesis 2:16-17 Doe je dat toch, dan zul je sterven.

Natuurlijk deden ze dat niet. Niemand wil tenslotte sterven. Helaas… Er kwam een leugenaar. Hij vertelde Adam en Eva dat ze helemaal niet zouden sterven. Ze zouden als God worden, kennende het goed en het kwaad. Wie wil dat nou niet? Als God zijn…

‘Wat God zegt, is een leugen,’ zei de slang, ‘jullie zullen niet sterven. God zegt dat alleen omdat Hij weet dat jullie aan Hem gelijk zullen zijn als je daarvan eet. Je ogen zullen opengaan en net als God zal je het onderscheid kennen tussen goed en kwaad.’ Genesis 3:4-5

Eerst gaat de leugenaar (slang/ duivel) vertellen dat God een leugenaar is (leugenaars verdraaien bijna altijd de waarheid), en begint dan zelf met liegen en een mooi beeld te schetsen. Nee, je gelooft toch niet echt dat je zult sterven! Tuurlijk niet, je zult er juist beter van worden! Je zult als God worden. De vrouw geloofde hem en at. Ook haar man gaf ze en hij at. Genesis 3:4-5 Vanaf dat moment gingen hun ogen open. Ze kregen schaamte en begonnen er meteen mee om elkaar de schuld te geven. ‘Die avond hoorden zij de Here God door de hof wandelen en zij verborgen zich snel tussen de bomen. De Here God riep: ‘Adam, waar ben je?’ Adam antwoordde: ‘Ik hoorde U en toen werd ik bang omdat ik naakt ben. Daarom verstopte ik me.’ ‘Wie heeft je verteld dat je naakt bent?’ vroeg de Here God. ‘Of heb je soms gegeten van de boom waarvoor Ik jullie had gewaarschuwd?’ Adam zei: ‘De vrouw die U mij hebt gegeven, heeft mij ervan gegeven en toen heb ik ervan gegeten.’ De Here God wendde Zich tot de vrouw en vroeg: ‘Hoe kon je dat nu doen?’ Zij antwoordde: ‘De slang heeft mij bedrogen en misleid.’ Genesis 8:3-13 Meteen nadat hun ogen open waren gegaan, wisten ze dat ze misleid waren. Ze moesten verder leven onder de vloek. En hadden geen eeuwig leven meer op aarde. Zelfs het paradijs moesten ze verlaten en het leven werd zwaar.

Maar er is goed nieuws!’

God liet Zijn zoon Jezus Christus naar de aarde gaan. Een mens als jij en ik, alleen zonder zonde. Een mens die nooit iets verkeerd heeft gedaan. Iedereen die Hem aanneemt als zijn of haar Redder en Verlosser zal leven. Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat eenieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe. Johannus 3:16

Stel, dat de man niet naar de brug zou gaan iedere dag. Stel, dat er iemand in jouw omgeving zichzelf verwondt of dat jij dat doet? Stel nou, dat jij denkt: ‘Ach, als die persoon dat nu graag wil, laat hem dan maar gaan. Wie ben ik om hem tegen te houden?’ Dat zou wreed zijn toch? Stel dat ik nu weet dat jij verloren gaat als je zo doorgaat? Dat er alleen twee wegen zijn, de hel die niet voor mensen was bedoeld en de hemel die wel voor mensen is bedoeld. Dat je niet door jouw goede werken naar die hemel kunt gaan, zoals veel mensen denken. Stel dat ik jou de oplossing niet zou vertellen, zou dat niet wreed zijn?

Hoe zullen zij dan Hem aanroepen in Wie zij niet geloven? En hoe zullen zij in Hem geloven van Wie zij niet gehoord hebben? En hoe zullen zij horen zonder iemand die predikt? Romeinen 10:14

Want…

Alle mensen hebben gezondigd en missen daardoor Gods nabijheid.  Maar God is zo goed en vergevend hen weer aan te nemen—zonder dat het hun iets kost en zonder dat zij het hebben verdiend—omdat Jezus Christus hen uit de greep van de zonde heeft bevrijd. God heeft Christus Jezus gegeven als verzoeningsoffer. Door Zijn bloed zal de mens, wanneer hij gelooft, Gods rechtvaardigheid ontdekken. God gaat namelijk voorbij aan de zonden die eerder gepleegd waren,  om uiteindelijk, in deze tijd, te laten zien hoe rechtvaardig Hij is. Dat doet Hij door iedereen die in Jezus gelooft, vrij te spreken. Romeinen 3:25-28

Ik weet dat jij zonder Jezus Christus op weg bent naar de hel. En ik zou je laten gaan? Want jouw eigen keuze is zo belangrijk toch? De Bijbel zegt; ‘Kies nu, heden, wie je dienen zult.’ Kies je de wereld voor nu? Kies je je eigen zin en verlangens? Je eigen waarheid? Of kies je de weg van God, die Zijn zoon Jezus Christus zond, als verzoening voor jouw en mijn zonden? Jezus is niet een waarheid, maar DE Weg, de Waarheid en het Leven.

Ik zou je willen dwingen om in te gaan!

Een verhaal van Jezus: ‘Maar Hij zei tegen hem: Een zekere man bereidde een grote maaltijd en nodigde er velen. En hij stuurde zijn dienaar eropuit tegen de tijd van de maaltijd om de genodigden te zeggen: Kom, want alle dingen zijn nu gereed. En zij begonnen zich allen eensgezind te verontschuldigen. De eerste zei tegen hem: Ik heb een akker gekocht en ik moet er nodig op uit om die te bekijken. Ik vraag u: Houd mij voor verontschuldigd. En een ander zei: Ik heb vijf span ossen gekocht en ik ga erheen om ze te keuren. Ik vraag u: Houd mij voor verontschuldigd. En weer een ander zei: Ik heb een vrouw getrouwd en daarom kan ik niet komen. En die dienaar kwam terug en berichtte deze dingen aan zijn heer. Toen werd de heer des huizes boos en zei tegen zijn dienaar: Ga er snel op uit naar de straten en stegen van de stad en breng de armen en verminkten en kreupelen en blinden hier binnen. En de dienaar zei: Heer, het is gebeurd, zoals u bevolen hebt en nog is er plaats. En de heer zei tegen de dienaar: Ga eropuit naar de landwegen en heggen en dwing hen binnen te komen, opdat mijn huis vol wordt. Want ik zeg u dat niemand van die mannen die genodigd waren, mijn maaltijd proeven zal.’ Lucas 16 :16-24 Jezus wil dat Zijn huis vol wordt.

Jezus geeft een uitnodiging aan allen… Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, (dat ben jij?) die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe. Johannus 3:16

Kom tot Mij!

Komt allen tot Mij die vermoeid en belast zijn, zegt Hij.. Leg je leven in Zijn handen en keer je af van de weg die je nu gaat.

Als je straks komt op de plek die niet voor jou bestemd was, maar voor de duivel en zijn demonen was klaar gemaakt, wat zou je zeggen als ik het je niet verteld had? Niet had verteld hoe je de juiste keuze kan maken? Zou je mij verwijten dat ik het niet genoeg benadrukt had?

Zie, ik houd u heden het leven en het goede voor, maar ook de dood en het kwade: doordat ik u heden gebied de Here, uw God, lief te hebben door in zijn wegen te wandelen en Zijn geboden, inzettingen en verordeningen te onderhouden, opdat gij leeft en talrijk wordt en de Here, uw God, u zegene in het land, dat gij in bezit gaat nemen. Maar indien uw hart zich afwendt en gij niet luistert doch u laat verleiden en u voor andere goden neerbuigt en hen dient, dan verkondig ik u heden, dat gij zeker te gronde zult gaan. Deuteronomium 30:15-18a

Het liefst zou ik je dwingen, de richting van Jezus in duwen. Het enige wat ik kan doen is je smeken: ‘Laat je met God verzoenen!’

Wij zijn dan gezanten namens Christus, alsof God Zelf door ons smeekt. Namens Christus smeken wij: laat u met God verzoenen. Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem. 2 Korinthe 5:20-21

Kies vandaag nog… Morgen is je niet beloofd.

En wanneer jij ja zegt tegen het offer van Jezus Christus, bid dan dit gebed;

Vader in de hemel, ik erken, dat ik een zondaar ben, die Uw wet steeds weer heeft overtreden. Ik heb vergeving nodig, en erken, dat Jezus voor mij aan het kruis is gestorven om de prijs voor mijn zonden te betalen en na drie dagen uit de dood is verrezen. Here Jezus, ik open nu mijn hart en ik vraag U om binnen te komen en mijn Heer te wezen in alle dingen. Wil mij vergeven al mijn zonden en mij leiden, al de dagen van mijn leven? Dank U Jezus. Dank U Vader, dat ik nu mag weten een kind van U te zijn, en dat ik het eeuwig leven van U heb ontvangen, in Jezus naam, Amen.

De bijbel zegt:

Hoe zullen zij dan Hem aanroepen in Wie zij niet geloven? En hoe zullen zij in Hem geloven van Wie zij niet gehoord hebben? En hoe zullen zij horen zonder iemand die predikt? Romeinen 10:13 Vandaag is het je verteld. Geloof alleen.

Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in Zijn naam geloven. Johannes 1:12.

Lees je bijbel en bid elke dag, zodat je opgroeit in de dingen van boven.

Gods zegen!